107 (4) voor de opstelling der bagagetreinen zie óók 95 (2) en 101.
113 zie voor de „adreslijst" 117 (2).
118 (3) De bepalingen betreffende het spelen zijn, terecht, gewij
zigd. De huidige redactie valt toe te juichen.
117 (3) De hier vermelde officier van piket was eenigszins ver
scholen in 106 en duikt óók weer op in 125 (3). M. i. verdient het
in 125 (3) vermelde geen aanbeveling. In de in punt 125 genoemde
omstandigheden is elk officier in de éérste plaats troepencomman
dant en behoort bij zijn onderdeel.
127 (2), nieuw, verdient nauwgezette opvolging.
Hoofdstuk IV. Verkenningsdienst.
Goddank zijn we het leelijke woord „ophelderingsdienst" (voor
3/4 germanisme; ook wij hebben natuurlijk het woord „ophelde
ring", doch in den zin van „inlichting, toelichting, verduidelijking,
verklaring") weer kwijt; hopen we, thans voor goed.
Het hoofdstuk is veel beter geredigeerd dan het vroegere, 't welk
tot allerei gewrongen uitleggingen en toepassingen aanleiding gaf.
Men vergelijke voorts punten 5 en 9 t/m 19 der G. H. met dit
hoofdstuk en leze:
punt 37 (2) in verband met 137,
punten 155 (1), 158 (1), 158 (4) en 182 met 130 (3) en
punt 8 (2) met 132 (1)
H ofdstuk V. Veiligheidsdienst.
Marsch veiligheidsdienst.
Voorhoede. Zie voor meerdere voorhoeden punt 36 G.H.
156 (1) Het. hier voor den colonnecommandant voorgeschrevene
zou ik ook voor C4. hoofd- en C4. voortroep bepaald willen zien,
natuurlijk met dezelfde restrictie, als thans (met vette letters) voor den
col. C4. is bepaald.
161 Verbindingsrotten manschappen
Tot goed begrip dezer kwestie, zij er éérst op attent gemaakt,
dat vroeger over verbindingsrotlen gesproken werd onder het hoofd
„Oor ogsmarschen"thans wordt daarvan gewag gemaakt:
a onder het hoofd Voorhoede op blz. 103.
b. onder de algemeene bepalingen der Marschen, dus oök „Oorlogs-
marschen" betreffend, n. 1. indien twijfel zou kunnen ontstaan
over den te volgen weg. Zie punt 48 i. Dit geldt zoowel overdag
als 's nachts en maakt dan ook het laatste zinsdeel van punt 72 (2)
vrijwel overbodig., evenals laatste zinsdeel 83 (8).
Punt 190 van het vroegere V. V. luidde:
13