Uil de Prociijk. Wenken, uragen en antwoorden op gebied nan militair Strafrecht. Van verschillende zijden bereikten mij vragen omtrent de al dan niet strafbaarheid van duelleeren, vragen, die alle gekleurd waren met een tintje van actualiteit Het komt me voor, dat deze rubriek geen gelegenheid moet bieden tot een debat over moreele of maat schappelijke waardeering van het tweegevecht, en ik zal. me dan ook bepalen met in het kort een overzicht te geven van de strafrech telijke zijde der zaak. Óp het oogenblik, dat dit geschreven wordt (December 1917) is het duel op zich zelf niet strafbaar. Het Wetboek van Strafrecht voor Europeanen en Inlanders in Ned.-lndië noemt het onderwerp niet, evenmin als de Code Penal. In het begin van de 19e eeuw werd dan ook b. v. in Frankrijk wel aangenomen, dat iemand, die zijn tegenstander in een duel doodde, vrij uit moest gaan. In Holland kwamen echter steeds de gevolgen van het duel voor straftoepassing in aanmerking en al naar gelang de afloop en de voorwaarden werden de bepalingen omtrent moord, doodslag of toebrengen van kwetsuren toegepast. Het zou te ver voeren lang stil te staan bij de verschillende juridische beschouwingen, die deze opvatting deel den of bestreden. Er waren er, die in ieder „samentreffen" poging tot moord zagen: er waren er, die spraken van verschoonbare doodslag (art. 237 W. v S. v. E.), wanneer de overwinnaar eerst zelf getroffen was, immers dan was tot de doodslag aanleiding gegeven „door onmiddelijk voorafgegane zware slagen op geweld dadigheden", of die algeheele straffeloosheid bepleitten, indien de doodslag, kwetsuren en slagen op het oogenblik, dat ze gepleegd werden „geboden werden door de nooddwang der wettige verdedi ging van zich zelf" (art. 244 ibidem:. Hoever die meeningen uiteenlie pen en bleven loopen. blijkt wel uit de omstandigheid, dat bij de beraadslagingen over de Code Penal in 1810 een lid der wetgevende commissie, Monseignat, verklaarde, dat met opzet geen bepalingen omtrent het duel waren opgenomen, „omdat d wet geen rekening mocht houden met een vooroordeel, als zoude iemands eer door een tweegevecht kunnen worden hersteld" en daarnaast uit een (trou wens alleen staande) beslissing van ons Hoog Militair Gerechtshof in 1893, dat verwonding in een tweegevecht toegebracht niet strafbaar was.ómdat de wet niet over duel sprak. Blijkbaar met de bedoeling aan die onzekerheid een eind te maken 40

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 42