aan de andere eene zaak om niet ten gebruike geeft, onder voor waarde, dat degene, die deze zaak ontvangt, dezelve, na daarvan ge bruik te hebben gemaakt of na een en bepaalden tijd, zal teruggeven". Daar hetgeen hier omtrent puttees betoogd is, ook althans in hoofdzaak geldt ten aanzien van de andere artikelen onder het hoofd in quaestie genoemd, komt het mij voor, dat het woord „eigenaar" in 2 van tarief 24 in de wettelijke beteekenis van het woord onjuist gebruikt is en daarom vervangen dient te worden door „houder". Het Gouvernement toch is en blijft „eigenaar", de man is „houder". Oogenschijnlijk" een quaestie van woorden, is de zaak daarom van belang, omdat puttees in de burgermaatschappij zeer gewild zijn, de voorraad ervan beperkt is, zoodat een wijziging, die wellicht uit zuinigheid is aangebracht, bij het tegenwoordige stadium van goedverkoopen fatale gevolgen kan hebben. C. Marcus, Eerste-Luitenant, Plaatselijk Adjudant. beiden en beoordeelen Het is merkwaardig, zooals in de militaire wereld alles in een cirkel gaat en steeds het oude weer terug komt. Grenadiers en coe- hoornmortieren zijn weer in functie en zoo werden eenige jaren geleden de beoordeelingen van officieren gewijzigd en ziet, thans gaan er weer stemmen op om tot den ouden toestand terug te keeren. in het orgaan der N. 1. Officierenvereeniging van September j.l. acht „Go ahead" het nuttig en noodig, dat de chefs wederom inzage hebben van vroegere beoordeelingen Voor de wijziging, zij is van 1912 meen ik, was dat voor velen juist de grootste grief tegen die beoordeelingen. Ook ik ben een tegen stander van het wederom invoeren van den vroegeren toestand en wel op de hieronder volgende gronden. Het opmaken van beoordeelingen is hier in Indië een zeer moei lijk werk. In een dertien jarigen luitenantstij d, waaronder begre pen den tijd in Holland doorgebracht vóór de uitzending en een buiten- landsch verlof, had ik 18 compagnies- en 20 korpscommandanten. Nu behoeft men geen rekenmeester te zijn om te begrijpen, hoe kort dus elk beoordeelingstijdperk was, en toch wordt elke chef gerekend een volledige beoordeeling te kunnen opmaken van eiken ondergeschikte, die drie maanden onder hem heeft gediend. Zeer terecht zegt „Go ahead", dat ieder mensch zijn individuali teit bezit; maar ook ieder mensch, die tot zich zelve eens ernstig inkeert, kent wel zijn goede en kwade eigenschappen. Het is dan ook minder van beteekenis om den mensch steeds toe te roepen: „Ken u zelve" dan wel „Verbeter u zelve". Ook ik ken mijn persoonlijke eigenschappen voldoende, maar heb nog nooit een chef gehad, die daar n.m.m ooit ook maareenig be grip van had. Dat gaat ook niet in zoo'n korten tijd. 43

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 47