Een tfederisoord nan den scbrijuer 20?
nan „Ons dagelijksch Brood". 20S
Toen schrijver dezes de bijdrage onder bovengenoemden titel
(dient het nog vermeld: niet dan na rijp overleg) uit de pen vloeide,
durfde hij zich niet vleien met een zoo groote belangstelling voor
zijn onderwerp: „Den indruk, gewekt door den Timoreeschen soldaat,
pas afkomstig van het depötbataljon", als thans wel blijkt te
bestaan blijkens de Sept. en Oct-afleveringen van het I. M T.
en den grooten ijver, waarmede zijne meening zoowel beoordeeld,
als bestreden werd.
Alvorens echter te antwoorden, zij het mij vergund, de aandacht
der Lezers te vragen voor het antwoord, of liever de rechtzetttng
der feiten, door den Kapitein S. Garnade samengesteld naar aanlei
ding van een stukje, door een „Outsider" klakkeloos neergeschreven
onder den veelbeteekenenden titel: „Moderne Slavernij" in éénder
Soerabajasche bladen.
De aandacht daarvoor vraag ik, omdat wij daarin eenige belang
rijke gegevens, vinden, die de grondoorzaak vormen van de „aan
vankelijk" mindere geschiktheid voor den militairen dienst van den
Timorees. Terecht vraagt kapitein Garnade om een ander stelsel
voor den aller-allereersten diensttijd van de nieuwbakken recruten,
daar de overgang van Timoreesch kampongbewoner tot recruut
zoo groot is, dat zij te bruusk geschiedende een noodlottigen
invloed op de psyché dier Animisten uitoefent. Zeker, de Timorees
kan wel degelijk een goed bruikbaar soldaat worden, maar
de opleiding geschiede langs lijnen van geleidelijkheid.
De wijze, waarop nu reeds de plotselinge overgang tot tangsi=
bewoner wordt getemperd door de middelen, in bedoeld artikel
meer uitvoerig aangegeven, verdient derhalve alle hulde
Voor mij is schrijver een steun, daar hij in den breede uiteenzet,
hoe primitief het Timoreesche volkje is en in welk een hevige
mate die bergbewoners psychisch lijden door hun slecht aanpassings
vermogen. Lijden ondanks de zorgen, die aan hen worden besteed,
om hen door de eerste en ernstige moeilijkheden van hun verhuizing,
34