den terugmarsch, in plaats van, een gedeelte achterlatend, zelf met
1 a 2 man den vijand als 'n klit aan 't lijf te hangen. Een V. W.
wordt onverwachts geattaqueerdzet evenzoo de spat. Een korpls.
post ziet een verkennende sectie nader sluipen, waarop hij echter
goede vuuruitwerking kan hebben: hij denkt er niet aan dien vijand
weg te blazen, doch gaat terug met groote beslistheid.
„Wel", zou ik willen uitroepen, „hebben wij dan eene armee van
angstatomen of van mannen? Wie voortaan punt 151 (2) V. V., ook
in vredestijd, niet nauwlettend opvolgt, worde gestraft, onverbidde
lijk. Voorwaar: onze voorpostendienst geeft dikwijls het beeld te
aanschouwen van het op z'n kop gezette systeem van het verdedigend
ontmoetingsgevecht.
Wat zou men er wel van zeggen, indien de verdedigende tirail-
leurliniën op onderst, troepen, deze op de reserves terug trokken?
Dat zou onzinnig zijn, is 't niet? Precies! Even verkeerd lijkt mij
al dat terugtrekken van V. P. afdeelingen. En zeer buitengewone
gevallen uitgezonderd, zou ik in ons voorschrift eene bepaling op
genomen wenschen te zien, in den geest van het ondervolgende uit
het Eng. V. V.:
„The outpost mounted troops are usually provided by the divi-
sipnal mounted troops and will carry out their duty by means of
patrols pushed well forward in the direction of the enemy. The
outpost infantry will be divided into piquets and supports, the former
(piquets, veldwachten) to furnish sentry groops and to hold the out-
posthne of resiistance, the latter (supports, restant V. P.) to reinforce
the piquets when required. Outpost infantry may also be required
to furnish patrols and on occasions a portion of it may be held back
to form an outpost reserve."
Natuurlijk zal het in den vesting- en in den stellingoorlog regel
zijn, dat de voorposten teruggaan, doch dit geschiede eerst dan, wan
neer men de het naast bij den vijand zijnde makkers heeft gesteund;
daarna ga men „en bloc", voet voor voet, van opname- tot opname
stelling terug naar de eigenlijk stelling. En is die stelling met al, wat
er aan annex is ftusschenbatterijen enznog niet klaar, dan ga men
niet terug.
Doch in den veldoorlog doel: de vijand zij steeds de leus:
Vooruit! naar de voorste linie!
Wat den eigenlijken dienst der veldwachten aangaat, is het Fr.
V.V. veel beknopter dan het onze en kloppen de verschillende
punten daar m.i. beter met elkander dan in ons V.V.
Zoo geeft bv. punt 215 (1) van ons V. V. „als regel" iets aan,
85