den aanval in front a cheval van den grooten weg zou verrichten, en Inf. XV voorloopig de reserve vormde. Van deze reserve komt later de helft op den linkervleugel van Inf. IX in voorste linie. Onder het oprukken van de hoofdcolonne ontvangt Inf. IV nog de opdracht, op te rukken in de richting van Tjikaret 2, om den vijand in den rug aan te grijpen. Uit het niet geheel duidelijke verslag meen ik verder het voor ons niet van belang ontbioote feit te moeten opmaken, dat de linkercolonne wegens onvoldoende vuurkracht de voorwaartsche beweging herhaaldelijk moest staken, waarop de gevechtslinie versterkt werd met 1 compagnie infanterie XV en 1 sectie mitrailleurs. Wij zullen dan ook zien, dat deze colonne na den mislukten opmarsch van de 5e batterij niet meer döor artillerie wordt gesteund. De versterking met infanterie en mitrailleurs wil dus zeggenverlies van menschen, in plaats van ijzer. Als de brigade zal vooruitrukken, krijgt de Afd. Vd. opdracht in stelling te komen in of bij den noordrand van Nanggewer. Deze stelling was den vorigen dag verkend. Nadere verkenning wees echter uit, dat er slechts plaats was voor één batterij. Dus de opdracht gaat niet geheel door en alleen de 4e batterij komt in stelling. Voor deze batterij luidde de mondelinge opdracht: „in bewa kingsstelling nabij den N. W. hoek van kg. Nanggewer. Te bewa ken strook: kg. Tjirioeng - kg. Tjibinoeng 3 - kg. Tjitjoeroeg 2. Vuuropening op last Brig. C.i op Ioonende doelen op eigen gezag." Indien de werkelijk belangstellende lezer dit strookje eens gelieft na te meten, dan zal hij zien, dat het 3,5 K. M. breed is. Wij ar tilleristen mogen op zijn minst genomen wel trotsch zijn, dat ons de opdracht kan te beurt vallen over een breedte van 3,5 K. M. te zoeken naar Ioonende doelen, en dan uit die doelen zelf een keuze te doen. Aangezien de vijand alles bij elkaar een front bezet van laten we zeggen 2 K. M., zou deze batterij dus bij den last tot vuuropening haar vuur hebben te openen op dit alleszins Ioonende doel van 2 K. M. breedte. Maar zoo kan het niet bedoeld zijn! roept ge uit. Neen, dat zegt de B. C. ook. Toen hij last kreeg: „vuur openen", vroeg hij, „waarop?" Toch is het zoo, en was de vraag van den B. C. verkeerd. Het Ioonen de doel was bekend: 2 K. M. weerstandslijn. Gelukkig antwoordde de Brig. C.„op den Z. rand van Tjibinoeng 3". Daarop antwoordde de B. C. weer, dat in dien rand niets van den vijand waarneembaar 94

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 38