werden, marcheerden deze naar Phyöngyang en vandaar weder in noordelijke richting om deze plaats voor volgende troepen vrij te maken. Anjyu werd den lOden Mrt. bezet door 2 Esk.; 11 Mrt. werden deze versterkt met 3 Bataljons Inf. Als uiterste grens van beveiliging werd de Chhyöngchhyöng- rivier gekozen. Den 13en Mrt. zette het vooruitgeschoven det. van Kuroki voet aan wal en marcheerde eveneens door naar Anjyu; ten slotte zien wij dus den 18den Mrt. bij deze plaats vereenigd: 5 Bat. Inf. en 8 Esk. Cav. met een klein det. te Kaichhyön. Toen Kuroki de zekerheid kreeg, dat, uitgezonderd 15C0-20C0 man Cav., zich geen Russische troepen zuid van de Yalu bevonden, werd een det., sterk 7 Esk. Cav., 5 Bat. Inf., 2 Batt. Bergart. en l Comp. Genie, onder Generaal-Majoor Asada uitgezonden met op dracht de brugslag over de Chhyöngchhyöng en de Tainyöng te dekken in de lijn Jöngpyön - Pakchhyöng - Kasan, welke lijn 2? Mrt. werd bereikt; later werd het det. vooruitgeschoven in westelijke richting met achterlating van 2 Bat. en 1 Reg. Cav. te Pakchhyöng. Maatregelen der Russen. Als bekend wordt verondersteld, dat de Russen niet van plan waren de landing in Korea tegen te gaan, doch den Japaners den overgang over de Yalu wilden belemmeren, teneinde tijd te win nen voor de concentratie van het leger. Tot opheldering zuid van de Yalu werd de Kozakkenbrig. Mischt- schenko uitgezonden, welke verkenningspatrouilles uitschoof tot aan de Chhyöngchhyöng. Den 28en Mrt. marcheerde de Brigade met het gros (6Esk.) over Työngjyu in de richting van Kasan en met een det. in de richting Yöngpyön. Bij eerstgenoemde plaats stiet men op een Jap. afdee- ling van 1 Comp. Inf. en 1 Esk.; er ontspon zich een gevecht, de Japanners werden versterkt met 3 Esk. en 1 Bat. Inf., waarna de Russen het gevecht afbraken en naar Wiju terugtrokken. Het det. te Yöngpyön trok over Unsan naar Chhyangsyöng terug. Beschouwingen. De keuze van Chinnampho voor de ontscheping van de Gar de en van de 2de Div. was een gelukkige te noemen; hierdoor toch werd den troepen een vermoeiende marsch van 240 K. M. langs een slechten weg bespaard. Wellicht ware het zelfs mo gelijk geweest een Noordelijker gelegen punt hiertoe te bestem men, maar dan bestond er ook meer kans, dat de ontscheping tegenover Russische troepen zou moeten geschieden, en dit paste 164

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 38