niet in de lijn van het zeer voorzichtige optreden, hetwelk de Japanners in het begin van den oorlog als richtsnoer hadden aan genomen. Ook nu zien we dezelfde minutieuse voorbereidingen, die alle handelingen van de Japanners kenmerkten, o.a. de vaststelling van de ijstoestanden, het onmiddellijk beginnen met den bouw van hoof den. Het vooruitzenden van een det. wijst wel op een zeer voor zichtig handelen; te voorzichtig zou men haast zeggen. Door den uitstekenden spionnendierist moest Kuroki toch op de hoogte zijn van den toestand bij de tegenpartij. Het moet dan ook als vast staand worden aangenomen, dat men wist, dat de Russen de Yalu nog niet hadden overschreden. Ook mag men toch wel veronder stellen, dat Kuroki met den toestand bij de 12de Div bekend was. Dit, in verband met den toestand in Korea zelf, maakte deze over- groote voorzichtigheid overbodig; de Cav. van de 12de Div. zou toch zeker tijdig ter plaatse kunnen zijn om de beveiliging tegen zwakke Russische afdeelingen op zich te nemen. Was het werke lijk waarschijnlijk, dat de 12de Div. met tijdig de beveiliging op zich zou kunnen nemen en was het gevaar van een optreden van sterkere Russische afdeelingen niet denkbeeldig, dan moet het vooruitzenden van het det. als een fout worden aangemerkt. Men gaf den Russen gelegenheid hun slag te slaan en verried het lan- dingspunt hierdoor, door de plaats gehad hebbende verkenningen en door den bouw van de landhoofden, wel wat al te vroegtijdig, n. 1. 2 dagen voor de eigenlijke landing plaats had (volgens andere op gaven 5 dagen). Thans echter bracht deze handelwijze geen nadee- len met zich mede en verkreeg men het voordeel, dat voorbereidende maatregelen voor de ontscheping van het gros konden worden getroffenhiervoor kon de sterkte van het det. echter gevoegelijk minder zijn, v. n. wat betreft Cav. en Inf. De ontscheping van de gardediv. duurde van 10 Mrt. (13 Mrt.) to l 25 Mrt., dus 3 weken en die van de 2de Div. van 23- 29 Mrt., ongeveer 1 week; neemt men in aanmerking dat het weer gunstig was, uitgebreide voorbereidende maatregelen waren genomen en van de tegenpartij niets te vreezen was, dan moet men toegeven, dat van een snelle ontscheping hier niet gesproken kan worden. De veiligheidsmaatregelen aan de zee zoowel als aan de land zijde zijn eveneens zeer uitgebreid te noemen, gegeven de inacti viteit van de Russische vloot en van het leger. Wel blijkt hieruit, dat de Japanners steeds zeer stelselmatig en voorzichtig te werk gaan en niets aan het toeval overlaten. 165

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 39