richting de groote postweg, het voorterrein, in het bijzonder de belangrijke punten daarin, n. 1. kampongranden, o. a. van Sampora 1 en 2, stellingen, waarvan de vijandelijke artillerie gebruik zou kunnen maken, te beschieten zouden zijn. Alzoo kwamen ten wes ten van den postweg twee en ten oosten daarvan drie stellingen, elk voor ééne batterij. Het verkennen van eene stelling te Tjirioeng (punt 5 van het verdedigingsbevel) had ten doel na te gaan, of het mogelijk was van daar uit vuur te brengen langs den rand van het klapperbosch zuid van Sitoe Tjibinoeng, hoofdzakelijk in de richting van Tjikempoeng 2. Een en ander kon van belang zijn niet alleen voor de nabijverdediging, althans van het linkervak, doch ook voor het steunen van een mogelijk later offensief uit Tjibinong. Echter leerde de verkenning anders. Naar mijne meening had de Br. C. wel degelijk artillerie voor het vuren op groote afstanden en voor de nabijverdediging moeten aanwijzen. De opstellingen voor de nabijverdediging moeten gezocht worden in of zeer kort achter de verdedigingslijn, desnoods zelfs daarvoor z. g. en caponnière. Doordien deze artillerie geen vuur loodrecht op de weerstandslijn behoeft af te geven, kan zij zeer gedekt staan, als er dekking aanwezig is, moet dan echter ook van den aanvang af in stelling zijn en eerst op het laatste oogenblik haar vuur openen. De frontbreedte van de stelling is ongeveer 1 K. M. Zelfs met 2 stukken zou men hier al heel wat kunnen bereiken. Waar zij opgesteld moeten worden, is alleen in het terrein uit te maken. Zij moeten vooral die terreingedeelten bestrijken, die niet door den infanieriekogel zijn te bereiken, dus ravijntjes, achterzijde van wegen, galangans, enz. enz. Technische voorlichting van den A. C. is hier onmisbaar. Aan de verdekte naderingswegen op de flanken moet ernstig worden gedacht. Om de stellingen uit te zoeken, waar de artillerie voor het vuur op groote afstanden kan worden geplaatst, moet men zich afvragen waar wil ik vuur hebben gebracht, en waar is artillerievuur onnoodig. Welke punten zijn van het hoogste belang? Op welken grootsten en op welken kleinsten afstand moet vuur gebracht worden? Waar kan de zwaarste aanval verwacht worden? Hoe is mijn artillerie nu het gunstigst te verdeelen? Het is mij natuurlijk onmogelijk uitsluitend op de kaart (het terrein is mij niet in bijzonderheden bekend) aan te geven, hoe het gebruik der artillerie ware te regelen. Ik zou dan in dezelfde fout vervallen, die als regel begaan wordt. 140

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 8