Uan Alles wat. Uit den grooten oorlog. Kan een groot leger naar Europa worden gebracht? Over dit vraagstuk wordt zeer verschillend geoordeeld. De New- York Globe maakt, volgens de Tel. een berekening, ten einde te trachten vast te stellen, hoeveel manschappen de Vereenig- de Staten in Europa op de been kunnen brengen. Om één soldaat in Frankrijk te kunnen houden is een tonnenmaat van 5 ton noodig. Als men er de Duitsche in beslag genomen schepen bijrekent, hadden wij, zegt het blad, op 1 October 1.1. voor 3 millioen ton aan schepen. Daarmede zouden wij dus in Frankrijk een leger van 600.000 man kunnen handhaven. Het koopvaardij- vlootbouw-program voorziet voor het jaar 1918 in de oplevering van nog eens 5.900.000 ton. Als men rekent, dat de Amerikaansche werven in het eerste semester van het volgende jaar 3 millioen ton kunnen afleveren, dan zouden wij dus in Juli een totale tonnemaat van 6 millioen ton bezitten, in staat om 1.200.000 man te voeden, te kleeden, te schoeien en van munitie te voorzien. Aannemend, dat de oorlog nog tot het einde van 1918 voortduurt, zou onze tonnemaat tegen het einde van December met 2.900.0CO zijn toegenomen, hetgeen voldoende zou zijn om 1.780.000 man op de been te houden. En in 1919 zal onze schepen-productie snel toenemen wegens den uniformen aanmaak. Geheel in strijd met die optimistische beschouwing is de meening van den marine-deskundige Gerard Flennes, in de Observer ontwik keld. Hij meent, dat het overbrengen van een groot leger zeer ernstige moeilijkheden zal meebrengen. De Duitsche duikbooten zullen ons wel is waar, zegt hij, genoeg scheepsruimte overlaten om ons staande te kunnen houden, maar niet genoeg om een groot Amerikaansch leger naar Europa over te brengen en daar van al het noodige te voorzien. Wat wij aan nieuwe schepen aanbouwen zal maar juist in staat zijn, om de verliezen door den duikbootoor log te vervangen. En daar wij aan onze bondgenooten reeds scheeps ruimte hebben uitgeleend, is het onmogelijk, om ook Amerika nog schepen voor zijn troepentransport ter beschikking te stellen. Deze overwegingen hebben den Engelschen seheepvaartcontroleur 220

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 94