uitgesloten, aangezien de bewakingsstelling als kenmerk heeft ver deeling van het vuur. Dit tragisch gebruik van de artillerie zag ik meermalen bij de manoeuvres van de Ie en IVe Brigade, die ik in 1917 bij woonde. Het bestek van dit artikel laat niet toe, dat ik over dit onderwerp verder uitwijd. Aan allen echter, die hun artillerie op deze wijze misbruikt hebben of nog mochten misbruiken, roep ik toe: lees de krant, alleen maar de krant. Lees, hoe in den oorlog het gebruik van de artillerie wordt voorbereid; hoe soms dagenlang de stelling des vijands wordt gepeild, minutieus zijn krachtige en zwakke pun ter. worden verkend, de juiste plaats van zijn mitrailleuropstellingen,, gedekte onderkomens enz. wordt opgespoord; hoe ten slotte de artillerie zeer eng begrensde opdrachten krijgt, om dit loopgraaf gedeelte, dien mitrailleurstand, dat onderkomen te bombardeeren; hoe allernauwkeurigst ook het vuur op het achtergelegen terrein (spervuur e. d.) wordt voorbereid; dan zult ge toch wel tot u zelf moeten inkeeren en moeten bekennen, dat 't werkelijk tragisch is, dat het eenige, wat gij met uw artillerie weet te doen, is: u van haar te ontdoen en werkeloos in een bewakingsstelling te zitten om te vuren op loonende doelendie er niet zijn. Wat is een bewakingsstelling? Dat is een stelling, waarin de artillerie met alle mogelijke voorbereidingen is gereed gezet, om op elk gewild oogenblik het vuur te kunnen openen op doelen, die zich in de haar aangegeven strook mochten voordoen. Aan deze definitie moeten we vasthouden. In het militaire hebben we nu eenmaal erfkele benamingen en termen noodig, waaraan steeds éénzelfde begrip wordt vastgeknoopt. Een ieder, die er mee te maken heeft, dient het betrekkelijke begrip goed te kennen, anders staat men steeds voor noodlottige verwarringen. Het kan voorkomen, dat aan de artillerie een doel wordt aangewe zen, waarop zij niet onmiddelijk het vuur moet openen, dat zij dus in zekeren zin bewaakt, tot het oogenblik voor de vuuropening is gekomen (zie het geval kg. Soenter). Deze artillerie staat niet in bewakingsstelling, omdat haar reeds een bepaald doel is aangewezen. Wil men in dit geval het woord toch gebruiken, dan sticht men slechts verwarring. Aan het woord „bewakingsstelling" toch zijn voor den artillerist verschillende technische begrippen onafscheidelijk verbonden. De troepencommandant dient dus goed te weten, welke deze begrippen zijn. 234

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 10