haar eerste optreden vernietigd te worden. En in zeer vele gevallen, zooals bij opstelling op ruggen, bevindt zich vlak voor de stelling een groote doode hoek. In bewakingsstelling zal de batterij in haar sector eerst vuur kunnen brengen op zekeren afstand voor haar stelling. Dezen afstand noemt men den minimumafstand. Hoe meer dekking de batterij kiest, hoe grooter de minimumafstand zal zijn; hoe grooter dus de terreinstrook, waar de batterij geen vuur kan brengen. Men zal begrijpen, dat het bepalen van den minimumafstand, dien bereikt moet worden, van het grootste belang is en de opgave daarvan nimmer in het gevechtsbeve! mag ontbreken. De keuze van de stelling, of althans de mate van dekking, is hiervan geheel afhankelijk. Van welke (actische factoren is nu die minimumafstand afhankelijk? In de eerste plaats van het karakter van het gevecht. Wenscht men een gevecht om tijdwinst te voeren, dan zal men het gevecht afbreken, vóórdat de vijand op de beslissende afstanden komt. De A. B. zal hebben uit te maken, welken afstand hij als beslissend beschouwt, wanneer hij het gevecht moet afbreken. Te bespreken, welke factoren hier weer van invloed op zijn, ligt buiten het ka der van dit artikel. In het eene geval zal de A. B. afbreken, wanneer de vijand tot 1000 M. is genaderd, in het andere geval zal hij meenen gevaar te loopen zich niet meer te kunnen losmaken, wan neer de vijand de 6C0 M. overschrijdt. In vele gevallen zal de mi nimumafstand bepaald worden door de grens van het bedekte ter rein, waarin de vijand zich kan bewegen. Stel, dat 's vijands op- marsch grootendeels kan plaats hebben in bedekt terrein, doch dat hij op omstreeks 7C0 M. vóór de stelling uit kampongranden zal moeten déboucheeren op open terrein. Dan zal de minumumafstand bv. £00 M. kunnen bedragen, daar de artillerie in staat moet wor den geacht het déboucheeren op geheel open terrein te kunnen be letten uit den aard der zaak moet hierbij, en ook in andere ge vallen, een paar honderd meter speling worden gelaten. Wil men een hardnekkig gevecht voeren, dan zal de artillerie ook en vooral bij de nabijverdediging een woordje moeten mee spreken. De minimumafstand zal dan zoo klein moeten zijn, als met het oog op de noodige dekking slechts mogelijk is. Hier moet men echter ook nog andere factoren in rekening brengen, als het be schikbaar houden van speciale artillerie voor de nabijverdediging, waarover straks nader. Het zai dikwijls zeer veel moeite kosten de batterij zoo te plaat- 237

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 13