Ten slotte nog dit. De kwaal bij de Infanterie, dat de rangen van kapitein, majoor en luitenant-kolonel eerst worden bereikt na respectie velijk 14, ruim 22 en ruim 25 jaren dienst als officier, begint langzamerhand een chronisch karakter te krijgen. Dat zulks niet kan medewerken tot handhaving van een goe den geest, behoeft geen nader betoog Het eenige geneesmiddel tegen die kwaal is te zorgen voor een geregeld verloop in de hoofdofficiers- en hoogere rangen. Aanvaarding van de door ons hierboven ontwikkelde denk beelden maakt het mogelijk dat geneesmiddel consequent toe te passen. Juist doordat den belanghebbenden zoo ruimschoots de tijd wordt gegeven zich op de toekomst voor te bereiden, is er geen enkel bezwaar tegen, als algemeenen maatregel door te voeren, dat majoors en luitenant-kolonels, die niet voor be vordering in aanmerking komen, worden gepensionneerd, onmid dellijk nadat zij het pension over den bekleeden rang hebben verdiend. Ten aanzien van kolonels en generaals zou als beginsel kun nen worden aangenomen, dat alleen de besten onder hen worden gehandhaafd, .nadat evengenoemde grens is*bereikt, respectievelijk, dat die handhaving alleen plaats heeft, indien het landsbelang zulks vordert. Het door ons aanbevolen systeem zal het best tot zijn recht kunnen komen bij behoud van het, aan de thans vigeerende beoordeelingsmethode ten grondslag liggend, beginsel, dat iedere chef behoudens dan de Inspecteur zijn oordeel heeft uit te spreken, zonder dat van zijn voorganger te kennen. Hierin ligt de beste waarborg, dat de chef een zelfstandig oordeel uitspreekt. Voor den beoordeelde krijgen de te zijner kennis gebrachte ongunstige aanteekeningen daardoor veel meer het karakter van een waarschuwing: hij heeft slechts te zorgen, dat de ongunstige indruk zich niet herhaalt. Nu willen wij dadelijk aannemen, dat deze beoordeelingsme thode zijn eigenaardige nadeelen heeft. Er bestaat nu eenmaal niets ter wereld, dat geen nadeelige zijde kent. Het is slechts 265

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 41