p. 189 (laatste regel). Toe te voegen ware: Waartoe de A. B.
bevelen zal geven,
p. 190(1). Wat is elke voorpostenafdeeling?
Inlichten, alleen voorzooverre noodig!
p. 192 (2). De Inf behoeft bij den voorpostendienst niet veel
te loopen, zoodat steun van Cavalerie minder noodig is dan
bij den marschveiligheidsdienst; de Cavalerie kan beter voor
verkenning worden benut en daardoor de Inf. taak verlichten,
p. 193 (1). Wat zijn de hoofddeelen?
Te spreken ware o.i. van den afstand, waarop het hoofdele
ment, de voorpostenreserve, wordt vooruit geschoven.
Deze afstand hangt verder samen met de breedte der voor
postenopstelling.
A B afstand van Hoofdmacht tot veldwachten.
A.
B.
Populair uitgedrukt: De stok van de parapluie moet ongeveer
even lang zijn als de diameter.
(3) En ook een aangewezen lijn van weerstand kan bevatten,
in welker nabijheid dus, öf de voorpostenreserve, dan wel de
voorpostendetachementen, öf de veldwachten zich dienen te
bevinden.
Men zie 1. M. T., 1906, li: De uitoefening van den veiligheids
dienst bij niet-mareheerende troepen.
285