derlijk, waarin zich de taak van het Hoofdbestuur zal moeten
splitsen.
Als- een ander bemoedigend teeken moet worden gewaardeerd
de algemeen welwillende houding der Pers, van wier invloed in
zaken als deze een zeer belangrijk deel van het welslagen afhangt.
Moge bovenstaande regelen aanleiding geven tot eene spontane
medewerking van allen, die zich daartoe geroepen achten.
naschrijf uan de Redactie.
Met groot genoegen voldoet de Redactie aan het verzoek van
den Secretaris van het Voorloopige Comité voor de oprichting
eener Vereeniging ter verbetering van den maatschappelijken
staat van den minderen militair in Nederlandsch-lndië, om het
hiervoren gaande communiqué in het tijdschrift op te nemen.
Zooals zij in de Januari-aflevering reeds opmerkte, hebben wij,
officieren, in de eerste plaats te kampen met de noodlottige
gevolgen van de afzondering, waarin de Indische maatschappij
de in dit land dienende militairen tot dusverre gehouden heeft,
en het stemt tot dankbaarheid, dat de denkbeelden tot verbe
tering, welke daaromtrent in de vergadering van 29 Nov. j. 1.
verkondigd werden, vasteren vorm beginnen aan te nemen. Ook
op dit gebied zal de invoering van dienstplicht onder Europe
anen voor onze weermacht zegenrijke gevolgen kunnen hebben.
Het communiqué geeft eene verklaring van de naamsveran
dering der op te richten vereeniging; een juister naam dan de
thans gekozene had zij zeker niet kunnen aannemen. Geen
andere naam kan het streven der vereeniging op betere wijze
weergeven; de naam „Ver. tot verbetering van kazernetoestan
den", waarvan ook sprake geweest schijnt te zijn, zou inder
daad misverstand kunnen veroorzaken, immers den indruk kunnen
maken, dat de vereeniging zich rechtstreeks met de toestanden
in de kazerne zou willen bemoeien, zich daarbij tusschen de
militaire autoriteiten en den troep zou willen plaatsen. Hiervan
is geen sprakein de toelichtingen op het werkprogram, be-
hoorende bij het in de eerste zinsnede van het communiqué
genoemde samenstel van ontwerpen, wordt uitdrukkelijk mede
gedeeld, dat het werk binnen de kampementen aan de bevoegde
299