2. Veiligheidsmaatregelen ter zee.
Het was om deze redenen, dat Admiraal Togo de opdracht
kreeg de havenuitgang van Port-Arthur te versperren (3de poging)
en 1 Mei daartoe van Choda-eiland afvoer.
Waar vroeger de Japansche oorlogsschepen met het oog op
torpedoaanvallen, zich 's nachts uit de omgeving van Port-Arthur
terugtrokken, werd het nu noodig geacht de haven te bïokkeeren.
De viootbasis moest derhalve dichter bij worden vooruitgescho
ven; men koos hiertoe de Elliot Eik, welke op de wijze, als op
kaart 111 is aangegeven, werden ingericht en beveiligd, hetgeen
eerst 7 Mei geheel gereed kwam.
3. De inscheping.
15 April (Knorr geeft aan 20 April) had de inscheping divi-
siegewijze te Yokohama, Osaka en Ujina plaats. In elke der
genoemde havens had een officier de functie van havencom
mandant; hij werd gesteund door een staf van officieren en bur
gerambtenaren en was belast met de leiding van de inscheping.
De transportschepen werden zorgvuldig voor liet vervoer inge
richt. Benedendeks werden voor de troepen in meerdere rijen
boven elkaar houten ligplaatsen aangebracht met een voldoende
afstand boven elkaar, zoodat zitten op de ligplaats mogelijk was.
De paardenstallen waren deels bovendeks, deels tusschendeks en
in de lengterichting van het schip of dwars erop gebouwd. Zij kon
den 4 tot meer paarden bevattende openingen waren, hetzij naar
het midden van het schip, hetzij in de vaartrichting aangebracht.
Voor zoover de schepen niet aan de kade konden aanleggen,
geschiedde de inscheping met sampans, welke 60 man of 6-7
paarden konden bevatten en door 1 of 2 man werden geroeid
of door stoombarkassen in trossen werden gesleept.
Zij werden zeer vol beladen met onbereden manschappen,
waarbij de uitrusting niet werd afgelegd. Op deze wijze vonden
dikwijls 2 conrp. plaats in 6 vaartuigen, hetgeen in een half
uur geschiedde, terwijl het aan boord klimmen langs de valreep
20 min. kostte. Onmiddellijk gingen de troepen naar de hun
aangewezen plaatsen en waren zeer spoedig geïnstalleerd.
Lagen de schepen op de reede, dan geschiedde de inscheping
der paarden eveneens door middel van sampans, welke met
den boeg naar de steiger waren gekeerd.
316