Het overzicht wordt zeer vergemakkelijkt door eenige begin selen, zoo men wil, stellingen, op den voorgrond te stellen, elk in het kort, soms wel wat al te kort. uitgewerkt en toegelicht. Zooals de titel der brochure al aanduidt, bepleit Schr. de verbinding van Java met Sumatra door een dubbel bruggenhoofd aan Str. Soenda, tevens centraal reduit en voornaamste oorlogs haven. Dit denkbeeld is, meenen wij, na Daendels, het eerst in 1913 verkondigd en op overtuigende wijze toegelicht door den toenmaligen kolonel W. R. de Qreve in zijne brochure „Het Rapport van de Staatscommissie voor de verdediging van Nederlandsch-Indië" en ook de Luitenant-Kolonel J. van der Weyden heeft zich in zijne bekende publicaties als een voor stander doen kennen, zoodat wij ons veilig van verdere commentaar kunnen onthouden. De beschouwingen van Schr., gegrond op den vorm en de ligging van Java en Sumatra, zoowel ten opzichte van elkander, als van de omringende eilanden en van den grooten zeeweg van Europa en Afrika naar het Verre Oosten, zijn zeer de lezing waard. Naar onze meening terecht heeft Schr. hierbij nog eens het bekende geschrijf van Takekoshi in herinnering gebracht. Wel is Takekoshi niet de Japansche Regeering, maar hij beschreef eene richting in de Japansche uitbreidingspolitiek, welke wij niet mogen verwaarloozen. Het is anders teekenend, dat het groote publiek, dat zich eerst uitermate zenuwachtig toonde ten gevolge van de artikelen van dezen Japanner, thans weer gerustgesteld schijnt. Wij doen nu uit 's Schr. voorstellen de volgende grepen. Hij neemt als grondslag voor de sterkte van het leger de sterkte van het eerste echelon, dat de vijand naar ons gebied zenden kan, en hij vermeent „niet ver van de waarheid af te zijn, wanneer hij op dit oogenblik de vermoedelijke sterkte van het eerste transportechelon schat op 3 divisiën." Aan eene bloote schatting hebben wij achter niets; het had aanbeveling verdient te bewijzen, dat de als grondslag aangenomen sterkte berust op voorbeelden uit de krijgsgeschiedenis, op den tonneninhoud der koopvaardijvloot, het organisatievermogen, enz. van de vermoedelijke tegenpartij; het is niet voldoende eenige factoren te noemen, waarvan de sterkte van het eerste transportechelon afhangt. De dienstplichtigen te nemen uit de bevolking, welke nabij de spoorwegen woont, heeft voorzeker veel aanlokkelijks, omdat zulks de mobilisatie en de concentratie aanmerkelijk versnellen zal Echter drukt de dienstplicht dan niet gelijkmatig op de gan- sche bevolking en het gaat niet aan de dienstplichtige bevolking als compensatie daarvoor voorrechten te verleenen, als bijv. 380

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 80