1 f 1 1 Afstand Doelbreedte bevuurd bij Daarbij benoodigd aantal Aantal seconden, dat Gemiddelde, dus in één gaatje hiertoe ge aantal seconden voor Meters. breed- strooien. patronen. vuurd wordt. één gaatje strooien. 300 12,3 36,9 3,69 1 400 500 16.4 20.5 49,2 61,5 4,92 6,15 6 seconden. 600 24,6 73,8 7,38 700 28,7 86,1 8,61 800 32,8 98,4 9,84 900 1000 36.9 41 1107 123 11,07 12,3 12 seconden. 1100 45,1 135,3 13,53 1200 49,2 147,6 14,76 1300 53,3 159,9 15,99 1400 57,4 172,2 17,22 18 seconden. 1500 61,5 184,5 18,45 Beneden 300 M. acht ik het tempo bijzaak, terwijl niet verder gegaan is dan 1500 M, daar boven dien afstand zelden ge vuurd wordt. Bovendien heeft een zoeken op grooteren afstand een langzamer tempo ten gevolge, doch de practijk laat zulks niet toe. Het blijkt niet mogelijk een langzamere tijdmaat aan te leeren. Bij gemiddelden worden natuurlijk fouten gemaakt. Doch de factor 1,5 is ook niet juist. Wordt nu te langzaam gestrooid, dan wordt onnut munitie verbruikt, te snel strooiend plaatst men minder dan 3 patronen per M. Vergelijkt men de resultaten bij die van infanterievuur, dan is er van eigenlijke munitie verspilling nooit sprake. Ook het te geringe munitieverbruik is nimmer ernstig. In hunne grootste fouten berekend, worden, instede van drie patronen per M., bij het gebruik der gemiddelde snelheden, bereikt; op 600 X 3 patronen 2,44 patronen; 412 'i r i 0

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 26