bezetting behoorende militairen" en dan, na bepaling, dat
rayonsoverscbrijding disciplinair wordt gestraft. „Mede worden
disciplinair gestraft militaren, die zich langer dan vier weken
van hun korps hebben verwijderd, hetzij zij vrijwillig zijn
teruggekeerd, hetzij zij zijn opgevat binnen het garnizoen, in
den zin daaraan gehecht door de bepalingen van de lste alinea
dezer algemeene order".
Men ziet dus, voor beoordeeling van desertie-aangelegenheden
is „garnizoen" gelijk „eiland van garnizoen' Men vraagt zich
af: waarom niet heel Ned. Indië tot één garnizoen gemaakt.
Op papier zou desertie dan bijna niet meer mogelijk zijn. Welke
de motieven zijn geweest van deze bepalingen, is mij niet be=
kend, maar van militair-maatschappelijken aard waren ze
stellig niet.
En nu de resultaten.
Wordt in Holland een milicien, die zonder verlof uit zijn
garnizoen wegloopt om elders kermis te vieren, gearresteerd, dan
wel. meldt hij zich, doch na den 28sten dag, hij wordt terecht
als deserteur beschouwd hier te lande echter is de eerste vraag,
heeft de militair z'n eiland verlaten. Ontkent hij zulks en
zijn er geen middelen om het te bewijzen, dan krijgt de man
hoogstens eenige dagen provoost of bij herhaling de klas.
Laat ik met eenige voorbeelden duidelijk maken, waartoe deze
onbillijkheden kunnen leiden.
Een kanonnier (Hollander) droste jaren geleden uit Soerabaja,
werkte onder verschillende namen op suikerfabrieken als weeg
brugemployé, daarna bij de pestbestrijding om later, toen hij
onderopzichter bij de irrigatie was, wegens een kleine ver
duistering te worden gearresteerd. In de gevangenis te Batavia
werd hij echter als militair herkend. Na ommekomst van zijn
straf voor de verduistering werd hij aan zijn korps terugge
geven. Hij was heelemaal geen deserteur, had enkel gemankeerd
op een paar duizend achtereenvolgende hoofdappels. Gelaten
onderging hij zijn paar dagen provoost, diende een week en
verdween weerin 't particuliere.
Een fuselier (Indo-Europeaan) liep uit Batavia weg om zijn
ouders in Zuid-Sumatra te bezoeken, na een vergeefsche poging
om verlof Hij kwam uit zich zelf terug maar een paar dagen
later dan den 28sten dag. De man had zijn eiland verlaten.
Hadden die ouders nu maar in Banjoewangi gewoond, dan was 't
niets geweest Nu moest hij voor den Krijgsraad verschijnen
en kreeg, herinner ik me wel, de gewone straf (10 maanden
detentie).
In 't vooruitzicht van een zware meerdaagsche oefening, ver
kochten eenige militairen hun kleeren en gingen een maandje
453
1 M. T. 29 1918.