voor de pret „op straat." Per auto bezochten ze verschillende plaatsen op West-Java. De kleine straf, die ze zich daarmee slechts konden berokkenen, ondergingen ze liever dan de manoeuvres. Maar een kameraad, die zich niet op die wijze aan zijn verplichtingen onttrok, maar tijdens die oefening een bevel, dat hem onbillijk voorkwam, „uitdrukkelijk weigerde", ja, daarmee liep het anders af. „Dienstweigering heet dat en 't geval van de eerste heeren was slechts „mankeeren.' Ik herinner me verder een veldartillerist, die tijdens een marsch nabij Batavia van zijn caisson afsprong, in de kampong verdween en eenige dagen later gearresteerd werd Geen desertie, want hij verliet Java niet, geen dienstweigering, want hij weigerde niets, althans geen hem persoonlijk gegeven bevel. Neen, dat is enkel „mankeeren." Het frappantste staaltje, dat ik ken, gaf een militair uit Meester- Cornelis, die, omdat zijn bataljon naar Djainbi zou vertrekken, even permissie vroeg om afscheid van zijn familie te nemen en zoo de plaat poetste. Later gaf hij openlijk als reden op, dat hij dat trucje vooraf bedacht had voor 't geval, dat zijn bataljon ook naar Djambi moest, hij had liever een paar dagen provoost dan oorlog. De embusqué! Is er nu een sprekender voorbeeld van desertie te vin den? Maar de man had het eiland van zijn garnizoen niet verlaten. M. i. zijn zulke gedragingen vrij wat crimineeler, tasten ze meer de orde van het leger aan, dan de noodsprongen van die jongens, die een ellendige reis als stowaway er voor over heb ben, omdat ze 't hier te lande onmogelijk kunnen bolwerken, en, zijn ze eenmaal in Holland, 't eerste het beste politiebureau binnenloopen, omdat ja, omdat het daar toch ook niet ging. En juist hen treffen de zware straffen, meestal 10 maanden detentie, afgezien van het uit den aard der zaak lang durige preventieve arrest. Dat drossen, soms in massa, dat voor een jaartje „op straat" zijn, dat maken van snoepreisjes zonder verlof, zou voor een groot deel ophouden, indien slechts bij Alg. Order (Gouv. besl.) werd bepaald, dat een garnizoen niets anders is, dan een gewoon mensch er onder verstaat. Men be denke daarbij, dat die tijd „op straat" meestal niet wordt zoekgebracht met onschuldige genoegens. Hoevele „burgers" zijn niet wegens misdrijf gearresteerd om bij 't onderzoek door de mand te vallen als gedrost militair. Het zijn juist de ongunstige elementen in het leger, die het langs dezen ongerechtigden weg eens in het particuliere probeeren, we tende, dat hen, als ze maar niet het eiland verlaten, hoogstens 454

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 68