dat de zedelijke factoren in het leven der mindere militairen worden verwaarloosd Door de actie van revolutionnaire socialisten is in enkele garnizoenen eene ongewenschte beweging onder de militairen opgewekt, welke beweging zich te Semarang heeft geuit in ontoelaatbare handelingen waartegen van militaire zijde in het algemeen belang maatregelen moesten worden genomen. Van een algemeen ontevreden geest in het leger is gelukkig geen sprake, maar het is waar, dat een kleine minderheid der Europeanen tengevolge van bekende gebeurtenissen in het bui tenland en van de algemeene prijsstijging, waardoor hun bezol diging ontoereikend werd, ontvankelijk werden voorden invloed van opruiers. Voorstellen tot verbetering hunner dienstvoorwaarden waren inmiddels reeds ingediend, terwijl reeds is besloten aan eene commissie op te dragen om de militaire inkomsten te herzien en in overeenstemming te brengen met die der overige landsdienaren. De vrees, dat in kritieke tijden niet op het leger zal kunnen worden gerekend, is wellicht ontstaan uit overdreven voorstel ling van den omvang van vorenbedoelde beweging in de pers; de Regeering acht haar echter ongegrond. Üit het leger zelf gaan reeds stemmen op, die waarschuwen tegen het samengaan met de partij, waartoe vorenbedoelde personen behooren. De wering van slechte elementen in het leger heeft meermalen een onderwerp van gedachtenwisseling uitgemaakt tusschen het legerbestuur, de Indische regeering en het opperbestuur het vraagstuk heeft ook thans nog de volle aandacht. Verschillende maatregelen zijn te dien opzichte genomen. Het is evenwel in de praktijk niet mogelijk geb eken zoodanige bepalingen te treffen, dat daardoor ongewenschte elementen geheel kunnen worden geweerd. Dat in het algemeen de officieren hunne ondergeschikten geen vertrouwen weten in te boezemen, moet beslist ontkend worden. Te dien aanzien wordt echter ten volle ingestemd met de opmerking van meerdere andere leden, dat de goede ver standhouding tusschen meerderen en ondergeschikten bemoeilijkt wordt door de houding van eene kleine minderheid van slecht oppassende soldaten. Aan hen, die zich slecht gedragen, kan bij ommekomst van het loopend verband geweigerd worden eene herverbintenis aan te gaan. De noodzakelijkheid, om dergelijke personen tus- schentijds uit het leger te verwijderen, is niet gebleken. Ver gelijking ten deze met de Marine gaat niet geheel op, omdat 540 9

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 70