herstelde door den commandant der brigade op te dragen
zijn oorspronkelijke taak weder te hervatten en bovendien
den weg Takushan - Haich'êng af te sluiten.
De berichten vanaf den 6den tot en met 17den Mei waren
onjuist of schandelijk overdreven en sproten voort uit het
verschijnen van kleine afdeeligen van het 1ste Japansche Le
ger, welke hare patrouilletochten tot de Taiyaghé uitstrekten.
De handelingen als gevolg van die berichten geeft geen hoo-
gen dunk van de bruikbaarheid van de Kozakkenbrigade als
ophelderingsorgaan.
De opstelling bij Hsiaotzu is oordeelkundig, omdat de bri
gade van daar uit gemakkelijk in de richtingen Takushan en
F'ênghuangch'êng kon ophelderenhoewel niet direct tot haar
taak behoorend, was dit laatste niettemin voor hare eigen
veiligheid noodzakelijk, gegeven de aanwezigheid van Iste
Japansche Leger nabij laatstgenoemde plaats.
Eindelijk zien we den 20sten Mei een verkenningsafdeeling
tot nabij Takushan doordringen, welke kon mededeelen, dat er
een landing plaats had; hoewel dit bericht een reden moest
zijn om in die richting meerdere verkenningsafdeelingen uit te
zenden, of met de geheele brigade daarheen op te rukken, ge
schiedde in dit opzicht niets, omdat bedoelde verkenningsaf
deeling het ongeluk had in een hinderlaag te vallen.
Naar aanleiding van het oprukken van afdeelingen van de
10de divisie week de Kozakkenbrigade opnieuw naar Hsiuyen
terug, om kort daarop weer in de richting Laoling op te ruk
ken en van uit deze plaats de verkenning te hervatten.
Opmerkelijk is het, dat de cavalerie steeds in front van de
Japanners optrad en dus steeds moest stuiten op de vijandelijke
voorposten. Beter ware het geweest voornamelijk van uit het
westen te verkennen; hierdoor trad men op in de flank van
de gelande troepen, terwijl de terugtocht op Hsiuyen door de
vele wegen en paden mogelijk bleef. Het tweede gedeelte van hare
taak, n. 1. het afsluiten van den weg Takushan - Haich'êng, kon
gevoegelijk aan de infanterie, z. n. gesteund door een of meer
batterijen, worden overgelaten. Deze hield de Dalingpas bezet.
De verkeerd gekozen verkenningsrichting had slechts een
reeks van kleine gevechten tot gevolg, zonder dat noemens-
585
