Bij voldoenden tijd is het echter beter den weg als communi catie achter de stelling te houden (zie Fig. 1) de loopgraaf moet dan echter geheel in ophooging komen, wat veel werk eischt. Kaden, die tevens waterkeering zijn (c.q. bij inundaties), moeten vermeden worden combinatie met de loopgraaf is een schadelijke vereeniging van twee elementen der verdediging. In dergelijk terrein bij de keuze der hwl. zeer veel rekening houden met het achtergelegen terrein; gemeenschapsloopgra ven geheel in ophooging zijn zelden mogelijk, dus moet men tenminste gezichtsdekking hebben door nabijheid van bédekt terrein dicht achter de stelling (kampongranden, ketellatuinen e.d.). Bij hooge dijken geen opstelling nemen in de kruin, want dit geeft een grooten dooden hoek en geen bestrijkend vuur, daar om liever opstelling in het voortalud (zie Fig 2) met schuine coupures door den dijk voor verbinding naar achteren en schuil plaatsen in het achtertalud. Als de dijk tot waterkeering dient, dan met de opstelling voldoende boven den waterstand blijven (rekenen op bandjir en den invloed van het jaargetijde). Van groot voordeel is verder een zachte modderbodem (sawah) vóór de hwl. (smoren van granaten vóór de Yzerlinie). In laag beboscht terrein, dat door den grondwaterstand wei nig ingraving toelaat, zijn borstweringen van boomstammen toe te passen; klapperstammen zijn hiervoor zeer geschikt. Daar in laag terrein bijna altijd in ophooging gewerk wordt, is de aanwezigheid van natuurlijke maskers (paggers. heggen) van veel belang. 2. Vlak hoog terrein-, hier komt de maskeering van voren er minder op aan; er wordt zoo diep mogelijk ingegraven, de stelling heeft weinig relief, ook de aanwezigheid van een bedekten rand dicht achter de hwl. is niet zoo noodzakelijk, verbindingsgangen zijn vrij vlug te maken; verg. het verschil in grondverzet bij verschillende profielen op Fig. 3. 3. Golvend heuvelterrein (tegalgronden, akkerland). De keuze der hwl. verschilt in den huidigen oorlog typisch met vroegere denkbeelden daaromtrent; het ruime uitzicht beslist niet meer, doch staat achter bij gezichtsdekking van eigen op stelling. Dit is een gevolg der veel grootere uitwerking van 598

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 42