Toch zijn er groote nadeelen aan een hwl. langs den kam(meni verbonden. Zij vormen een prachtig mikpunt voor de artillerie, ter wijl de eigen infanterie daarvanaf geen bestrijkend schot heeft (ver gelijk het bovengenoemde stuk van Kol. Schutstal van Wouden berg met mededeelingen uit den Russisch-Japanschen oorlog). Een stelling op de vóórhelling is ook niet goed: zij geeft ook geen bestrijkend schot, is veel te zichtbaar, biedt te weinig weerstand (fig 6, 1), tenzij zeer diep ingegraven (fig 6, 11), wat in den veelal voorkomenden rotsgrond niet dan met veel tijd verlies en speciale gereedschappen mogelijk is. Verder heeft men geen behoorlijke verbinding naar achteren, tenzij in zeer begroeid terrein (zie hieromtrent Kriegtechnische Zeitschrift, 1914 No 7. Die Lage der Schützengraben in Höhenstellungen). Het beste zal gewoonlijk zijn opstelling aan den voet van hellingen, alleen het nadeel van gebrekkige verbinding naar achteren blijft bestaan. Natuurlijk zullen tactische en terreins omstandigheden steeds in aanmerking genomen moeten worden. De communicatie zal om de vleugels moeten geschieden, tenzij natuurlijke coupures aanwezig zijn (b. v. een reeks toppen naast elkaar)heel veel. hangt verder van de begroeiïng af. Indien de voet geheel gedomineerd en ingezien wordt (hetgeen alleen in schaars begroeid terrein mogelijk is), zal men een-stelling achter den kam in beschouwing nemen, de voorhelling daarbij zooveel mogelijk te flankeeren uit afzonderlijke opstellingen. De achterstellingen van toppen zijn verder prachtig geschikt voor het inrichten van onderkomens van groote tro'êpenmassa's (Illustra tion, 1917, No 3883) en opstelling van krombaangeschut. De toppen zelf moeten in hoofdzaak beschouwd worden als waar nemingsposten, terwijl de aanwezigheid der gedekte reserves en houwitserbatterijen ze aanwijst tot steunpunten achter de hwl. In bergterrein moet verder groote aandacht gewijd worden aan flankeering van doode hoeken, desnoods uit geheel geïso leerde mitrailleurposten, die tot het oogenblik van den storm aanval zwijgen. In bedekt terrein zal zeker 's nachts nog wel communicatie mogelijk zijn. 5. Bosschen. Een moeilijke vraag is nog, waar stelling te nemen bij een boschrand. Snijders, 18, geeft weinig uitsluitsel, nl. alleen: „uitzicht en onbelemmerde vuuruitwerking vooropstellen, 600

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 44