Mijnheer de Voorzitter! Bij een ernstig onderzoek naar de oorzaken van het zeer lage peil der zedelijkheid, zoo eigen aan de kazerne-atmospheer, zal den nauwgezetten onderzoeker ten duidelijkste blijken de waarheid van het nauwe verband, dat er bestaat tusschen het geestelijk- en het stoffelijk bezit van den mensch, en, dat het niet altijd de zwakheid van het vleesch is, die de vrouw van de kazerne drijft naar overspel en andere onzedelijke handelingen. De materiëele factor heeft hier een niet te onderschatten beteekenis. Hoeveel goede, oppassende, haar man aanhankelijk soldaten vrouwen, liefdevolle moeders voor hare kinderen, zijn er niet gevallen bij een langdurige ziekte van den man, die in het hospitaal moest worden opgenomen, en daardoor slechts aan spraak kon maken op een halve soldij Van de helft van het reeds zoo karige loon van den man moeten zijne vrouw en kinderen leven. Is het nog een wonder, dat de armoede, de moederliefde voor haar kinderen de soldatenvrouw noodzaakt haar lichaam te verkoopen? Kan het verwondering baren, dat een moeder, met honge rende kinderen om zich heen, in wanhoop zich over alles heen zet en haar lichaam verkoopt voor een schamel loon Mijnheer de Voorzitter! In de door mij reeds voorgelezen passages uit brieven van soldatenvrouwen en dochters heeft U bedwongen smartkreten kunnen kunnen vernemen. Smartkreten van vrouwen, die in haar door de natuur zoo rijk gezegend vaderland de Minahasa een onbezorgde jeugd hadden en meestal noodgedwongen hare mannen zijn gevolg, die om van de zware heerendiensten en negeridiensten en politioneele straffen bevrijd te zijn, soldaat worden Moge Zijne Excellentie den Commandant van het Leger het noodige willen doen, dat althans voor getrouwde soldaten, zonder onderscheid van landaard, ook voor die met kinderen bij eventueele opname in het hospitaal de soldij intact bleef. In het orgaan der Nederlandsch Indische Officiersvereeniging No. 18, jaargang 1917 lezen wij o.m.„Groot gebracht in de kazerne, waar het van landswege per man aan voeding ver strekte niet voor geheele gezinnen is berekend, komen de sol- datenkinderen gewoonlijk niet in aanmerking voor het beroep van hun vader; zij zijn in der regel ondervoed". Mijnheer de VoorzitterUit de door mij reeds voorgelezen passages uit brieven van Minahassische militairen en hunne vrouwen zal U ook hebben ontwaard de vooze toestand in de kazerne bij de legering, waarbij op slaapplaatsen de getrouwden en niet getrouwden naast elkaar liggen, veelal, zonder eenige afschutting. 644

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 88