steun bouwt, moeilijk tegen dat rijk optreden. Dit wordt ook
gevoeld door een der schrijvers over dat onderwerp, want
deze raadt niet meer of minder aan, dan maar te breken met
Engeland en een nieuw verbond met Duitschiand te sluiten.
De gunstige stemming t.o. van Engeland door het verdrag van
1902 (1905) heeft toch al een zeer ernstigen knak gekregen
door het Engelsch-Amerikaansch Arbitrage-verdrag van 1911,
waarbij bepaald werd, dat tegenover een arbitrage-vriend niet
behoefde te worden opgetreden, ingeval deze met een bonds-
vriend in conflict kwam.
Eene andere mogendheid met belangen in den Stillen Oceaan
is Duitschiand, dat zich achtereenvolgens in het bezit stelde
van verschillende eilanden als de Marianen, de Marshall-eilan
den, met uitzondering van óuam, dat tot Amerika behoort,
den Bismarck-Archipel, de Samoa-eilanden en een deel van
Nieuw-Guinea, terwijl het op den vasten wal van China het
pachtgebied van Kiaochou bezat. Aangezien het Duitsche bezit
van recenten datum is, kan er van een overwegenden invloed
van Duitschiand op den gang van zaken in het Oosten nog
niet gesproken worden.
De Fransche bezittingen Tonkin, Cochin-China, de Ge-
zelschaps- en de Paumoto-eilanden en Nieuw-Caledonië
zijn niet van zooveel belang, dat Frankrijk hier een rol
speelt.
Aan de Oostelijke zijde van den Stillen Oceaan vinden
wij Canada, de Vereenigde Staten van Noord-Amerika, Mexico
en de Zuid-Amerikaansche Staten. In het voorgaande werden
de verhoudingen van deze staten tot Japan reeds uiteengezet.
Hier dient er nog even op te worden gewezen, dat de
Pan-Amerikaansche denkbeelden meer en meer veld winnen,
hetgeen willicht zal leiden tot één groote bond van
Amerikaansche staten, waardoor dan het Japan gunstig gezin
de Mexico zoodanig in het nauw zoude komen, dat het in
zijn politiek de wenschen van het overige Amerika moet
volgen, hetgeen tot gevolg zou kunnen hebben, dat ook dat
land voor Japanners gesloten werd, hetgeen tot conflicten
zou moeten leiden.
681