Dat door deze overeenkomst de positie van Rusiand en Japan
in China zeer versterkt wordt, is duidelijk. Volgens de „Roeskoje
Slowe" was er behalve dit verdrag nog een protocol van den
volgenden inhoud
1. de contracteerende partijen zullen samenwerken tot verde
diging van hunne bijzondere belangen in China en Siberië,
voor het geval eene derde mogendheid zal trachten die be
langen te schenden
2. de onderdanen der verdragsluitende mogendheden bezitten
volkomen vrijheid om te wonen en om handel en bedrijf uit
te oefenen in Siberië, in Japan en in de Russische invloedsferen
in Mongolië en Mantsjoerije;
3. de scheepvaart op de Soengari, die een privilege is van de
Russen, wordt op dezelfde wijze opengesteld voorde Japanners.
Verder was er nog eene bepaling aan toegevoegd, luidende
De sectie van den Oost-Chineeschen spoorweg tusschen de
Soengari en Kwang cheng tse zal aan Japan worden overge
dragen. Door deze overdracht beheerscht Japan den spoorweg
van de Soengari naar Wladiwostok.
Niettegenstaande de verkregen voordeelen ontstond naar
aanleiding van bovenstaand verdrag in Japan eene ministeriëele
crisis, omdat men meende, dat Japan daardoor in de vervulling
van zijne wenschen in Oost-Azië te veel gebonden werd; het
had nu toch nog steeds rekening te houden met Rusland en
den voornaamsten concurrent, Engeland, kan men door dit
verdrag niet verdrijven. Over hulp en steun daartoe wordt in
dit verdrag niet gesproken.
Den 5den Juli 1916 werd te Petrograd een nieuw Russisch-
Japansch verdrag gesloten tusschen Sassonof en Motono, waar
van het doel was het verzekeren en het behoud van een duur-
zamen vrede in het Verre Oosten, hetgeen beider positie
wederom ten goede kwam
Naar aanleiding van een botsing tusschen Chineesche en
Japansche troepen in Chenchiatun werden de lOden September
1916 door Japan aan China de volgende eischen gesteld
1. Bestraffing van de Chineesche officieren.
2. Vestiging van Japansche politie in verschillende plaatsen
van Zuid-Mantsjoerije en Oost-Mongolië.
686