maar doen, alsof het onafhankelijk verklaren geheel vrijwillig
geschiedt". Andere bladen trachtten het voorstel goed te praten
door te zeggen, dat het terugtrekken van Amerika uit deze kolo
niën eene bijzondere kracht zou geven aan de Monroeleer. Zelfs
was er een, dat zeide: „Als de Philippijnen wellicht nog niet
rijp zijn voor zelfbestuur, voor eene poging in die richting zijn
ze toch zeker wel rijp". Duidelijker demonstreeren, dat men
van het lastige bezit af wil, kan niet. De republikeinsche pers
echter was eensgezind in hare veroordeeling en achtte deze
democratische politiek onverantwoordelijk en een bewijs van
slapheid. Doordat het amendement verworpen werd, is het ge
vaar voorloopig afgeweerd. Bij de beoordeeling van den toe
stand in den Stillen Oceaan zal men echter goed doen rekening te
houden met de in alle kringen heerschende meeningen. De
redenen, die leidden tot de inbezitneming, hebben nog niets
van haar beteekenis verloren; dit blijkt uit het door de voor
standers van de onafhankelijksverklaring geopperde voorstel
om in ieder geval eenige maritieme stations te behouden. De
mededeelingen omtrent de zedelijke verplichting om aan de
Philippijnen onafhankelijkheid te verleenen, zijn dan ook niet
als geheel oprecht te beschouwen en vermoedelijk alleen een
gevolg van de vrees voor conflicten. In 1914 scheen een conflict
nabij en hierin zou, naast de vrees voor eene verhooging van
het marinebudget, de oorzaak voor de indiening vari het amen
dement te zoeken zijn.
Het is hier wel de plaats om nog even onze aandacht te
schenken aan het interview van den correspondent van het
Algerheen Handelsblad met den secretaris van de Kamer van
Koophendel te San Fransisco naar aanleiding van het bekende
artikel van Yusaburo Takekoshi. Al is genoemde secretaris geen
verkondiger van de meeningen van regeering en volk, zoo is
zijn oordeel, dat toch zeker gebaseerd zal zijn op de meeningen
en opvattingen van invloedrijke zakenmenschen, toch van veel
waarde voor de beoordeeling van de vraag, wat wij in Indië
van Amerika te verwachten hebben.
Op de vraag: „Welke houding kan men verwachten, dat
Amerika zal aannemen, wanneer het eenmaal zoover mocht
komen, dat Japan onze koloniën aanvalt", antwoordde de
688