niet tot 0.20 M. uitgraven; 1. is dit technisch moeilijk,
daar men altijd minstens een steek, d.i. 0.30 M, diep graaft,
2. het vastbegroeide maaiveld gaat verloren voor een modderig
grondvlak. Een ingraving van 0.50 a 0.60 is als minimum te
beschouwen, anders de loopgraaf maar liever geheel in op
hooging te maken.
1. Borstweringen geheel in ophooging. De benoodigde
grond moet verkregen worden uit een buitengracht; deze
gracht is alleen te beschouwen als middel om aan grond te
komen, dus zoodanig te maken, dat deze het vlugst wordt
verkregen steile taluds geeft gemakkelijker graven en niet te
diep (ook niet mogelijk door grondwater)echter rekenen op
voldoenden berm, anders bestaat er kans op nastorten van
de borstwering bij artillerievuur (fig. 11). indien kans bestaat
op latere verzwaring van het profiel, moet met de breedte van
den berm ook daarop gerekend worden (verzwaring altijd
naar voren, want het binnentalud is bekleed).
De lichte profielen (bovenbreedte VA M. buitentalud 1/2)
zijn niet bestand tegen eenigszins zwaar artillerievuur; beter is
een bovenbreedte van 2 a 3 M. en een buitentalud onder 1 /4
a 1/6. Het bovenvlak is normaal horizontaal; indien echter
doode hoeken ontstaan, krijgt het een plongée van 1/8 a 1/12.
De borstweringhoogte is 1,40 M. a 1,30 M.; deze hoogte
geeft geen dekking aan de communicatie achter de vuurlijn,
daarvoor is 2 M. noodig. Een dergelijke borstwering eischt
zeer veel werk, omdat een banket noodig is, zij is zeer zicht
baar, heeft geen bestrijkend schot; daarom hier beter op een
jfez/c/z/sdekking te rekenen door maskers dicht achter de vuurlijn.
Het binnentalud moet bekleed worden, daar het anders niet
voldoende steil is op te zetten voor voldoende dekking. Een
zodenbekleeding is niet stevig; in Indische terreinen zijn boven-
dien zelden goede zoden verkrijgbaar. Een bekleeding moet
zoodanig zijn, dat plaatselijke voltreffers deze niet over groote
lengten wegslaan, dus geen lange horizontale verbanden (dit
geldt ook voor de verankering). In de N. H. W. L. werden
onder meer toegepast planken van 1 M. lengte achter ver
ticale palen, elk afzonderlijk verankerd. Beter dan planken is
rijshout; dit is zeer soepel; treffers geven slechts plaatselijke
708