paard op de schepen moeten worden beschikt, te meer omdat dan in tropische hitte moet worden gevaren; eind April en begin Mei waren voor de Gele-zee nog niet de warme tijd. Men lette ook op het meerdere gevaar in de tropen voor het ontstaan en de uitbreiding van besmettelijke ziekten bij over- vulling Verder moet in tegenstelling met de behandelde voorbeelden uit den Russisch-Japanschen oorlog bij een expeditie over grooten afstand nog op belangrijke scheepsruimte worden gerekend voor voeding aan boord en voor de kolenvoorziening (hetzij op de schepen zelf, hetzij in afzonderlijke vivres- en kolenschepen). Alles bijeengenomen is het meer dan waarschijnlijk, dat in zoo'n geval de door S. aangegeven 357.375 ton bruto min stens noodig zullen zijn voor een modern uitgerust expeditieleger, aan Infanterie sterk 25.000 geweren (d. w. z. een leger van bijna 50.000 man, wanneer men de totale verplegingssterkte rekent). De opmerking zou kunnen worden gemaakt, dat Japan in 1904 ook een grooter deel van zijn handelsvloot voor het over voeren van troepen c. a. bezigde. Dit is voor de maand Mei 1904, dus 3 maanden na het uitbreken van den oorlog, volkomen juist, maar geenszins ten aanzien van het troepenvervoer kort na het begin van den oorlog, d. w. z. voor het vervoer van de 12e divisie, dat van af 14 Februari d. i. 8 dagen na de oorlogsverklaring plaats had. Toen was slechts 128.000 ton bruto aan scheepsruimte be schikbaar, nog geen vijfde deel van de toenmalige Japansche handelsmarine, welke een tonnenmaat bezat van 657.269 ton bruto. Het is niet aan te nemen, dat men, indien gewenscht, op dat tijdstip over meer schepen zou hebben kunnen beschik ken; ongetwijfeld zou dan ook een deel van een der beide andere divisiën van het Ie leger zijn medegezonden, waardoor de overvoer en ontscheping van de Garde- en de 2e divisie zou zijn bespoedigd. In ieder geval zou men bij gemis aan zelf standige Cavalerie de Cavalerie van de 12e divisie al dadelijk hebben versterkt met deelen van het Garde Cavalerie Regiment (1) Tweede Atjeh expeditie. 785. f

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 37