SB
BB
Lu
Ouerzicht cmer Dederlandsche militaire
tijdschrift en.
Militaire Spectator No. 6. Juni 1918.
Kapt. K. E. Oudendijk houdt in een vlot geschreven stuk
een krachtig pleidooi voor het zuiver houden van onze taal,
zonder daarom in schadelijke overdrijving te vervallen. O.a.
wijst hij op de vele germanismen, welke als gevolg van het
bestudeeren van de Duitsche vakliteratuur in onze militaire
reglementen, voorschriften en handboeken zijn binnengeslopen.
Wij sluiten ons gaarne bij 's Schr. betoog aan; verwaarloozing
van de taal is voor het volksbestaan even schadelijk als ver
waarloozing van de weermacht.
De Eerste-Luitenant van Slobbe bespreekt de lezing van
Kapt. van Munnekrede in „Krijgswetenschap" op 21 Dec 1917
over den strijd in het polderlandhij blijkt niet met alle con-
clusiën van den Heer v. M. in te stemmen. Hoewel wij hier
eigenlijk geen polderland hebben, bevat zoowel de lezing van
Kapt. v. M. als het stuk van den Heer v. S. veel, dat ook
voor ons van belang is: immers, op natte en drassige sawah's
ondervindt de gevechtsvoering soortgelijke bezwaren als in
het polderland.
In een kort antwoord op de opmerkingen, die de Eerste-
Luitenant-Adjudant T. L. G. Boekhout in de Febr.-afl. naar
aanleiding van een vroeger geschreven artikel van den Eerste-
Luitenant W. L. Koster gemaakt heeft, licht laatstgenoemde
Schrijver zijn oordeel nader toe.
De Eerste-Luitenant der Genie J. H. de Man bespreekt het
gebruik van gewapend en ongewapend beton bij verdedigings
werken. Klaarblijkelijk heeft een artikel van den Res. Luitenant-
Kolonel der Genie P. A. M. Hackstroh in het April Nummer, dat
eenige waarschuwingen tegen gewapend beton heeft doen hooren,
Schr. tot zijne verhandeling gebracht. In een duidelijk en ook
voor niet-ingenieurs volkomen begrijpelijk betoog vergelijkt hij
814