zoover in het binnenland moeten zijn gelegen, dat de oefening
zoo ongestoord mogelijk kan plaats hebben; zij moeten ge
schikte centra vormen, welke zoo snel mogelijk kunnen worden
bereikt en vanwaar de opzending naar de veldtroepen op de
meest geschikte wijze kan plaats hebben. Wegens onbekendheid
met de defensieplannen en de daarmede verband houdende
bestemming der onderdeelen van het leger (thans nog bri
gades) kan hier niet worden aangegeven, waar precies de
standplaatsen der depots behooren te zijn. Het wil schrijver
dezes echter voorkomen, dat met het oog op den langgerek-
ten vorm van het eiland Java en de mogelijkheid voor den
vijand om op verscheidene plaatsen te landen, het aantal van
drie voor de depotst liefst niet te boven moet worden gegaan.
In verband met den zeer uiteenloopenden graad van geoe
fendheid der verschillende categorieën van militairen bij de
depots en het verschil in natuurlijken aanleg der landaarden,
zal hunne juiste indeeling in verschillende klassen vele moei
lijkheden baren.
Uitgaande van een vast schema van oefeningen en theorieën,
omvattende alles, wat aan den Inlandschen desa-man moet
worden onderwezen om van hem een bruikbaar oorlogssoldaat
te maken, zal dit schema in periodes moeten worden onder
verdeeld zoodanig, dat elk ongeoefende of nog niet geheel
geoefende een of meer van die periodes zal hebben mede te
maken. Hoewel de periodes voor eiken landaard precies het
zelfde zullen bevatten, zal de benoodigde tijd voor het onder
richt uiteenloopen, naarmate van den natuurlijken aanleg en
de vroeger reeds opgedane geoefendheid.
Van zeer groot belang is eene opleiding, geheel gericht op
de eischen van den oorlog met absolute negeering van die,
welke alleen voor vredestijd van belang zijn. De opleiding
moet door het doen wegvallen van deze laatste eischen versneld
worden, niet door de verschillende zaken vluchtiger te onder
wijzen.
Hoewel deze beginselen ongetwijfeld dezelfde zijn als die,
welke bij het samenstellen der desbetreffende voorschriften en
regelingen hebben voorgezeten, vrees ik toch, dat, zooals zij
daarin zijn gesteld, geen voldoende waarborgen worden gele-
850