zijds deze snelheid zoo gering mogelijk te maken, zoodat men
wijdere stabiliteitsgrenzen heeft. Dit verminderen van de cri-
tieke snelheid geschiedt door den meest gunstigen vorm en
helling van het staartvlak te zoeken en door de vleugelbe
lasting per vierkante eenheid zoo gering mogelijk te maken.
Statische stabiliteit in sterke mate is ongewenscht; het ideaal
is geringe statische gepaard aan een groote dynamische
stabiliteit, waarbij dus alle optredende golfbewegingen direct
zwaar gedempt worden. Een dergelijk toestel is in rumoerige
lucht gemakkelijk en prettig te besturen. Hiermede is ook ver
klaard de afkeer van de meeste bestuurders tegen zijn „stabiele
machines", waarbij dit alleen in statischen zin bedoeld wordt,
en welks heftige bewegingen in eenigszins bewogen lucht,
juist tot een oordeel van onstabiliteit leiden. Een groot gevaar
van een dergelijke machine is vooral, dat bij het landen, dus
in de buurt van den grond en van terreinhindernissen, zooals
boomen, huizen, enz. plotselinge bewegingen kunnen optreden,
die tot allerlei ongelukken aanleiding kunnen geven.
Hieronder volgen eeriige vergelijkingen tusschen de Curtiss-
en de Clark-machine.
De Clark-machine heeft een kleiner staartoppervlak dan
de Curtiss, doch bij de eerste is de staart zelf langer, dus de
hefboom, waaraan de dempende krachten werken grooter.
De hoek gevormd door staartvlak en draagvlak de be
roemde open V bedraagt 5 graden bij de eerste tegen 3.5
graad bij de laatste. Bij groote snelheden is het Clark-toestel
iets stabieler dan de Curtiss en wel voornamelijk als gevolg
van de geringere vleugelbelasting. Daar deze laatste factor ook
in hoofdzaak het zweefvermogen bepaalt, zoude men in Indië
met zijn moeilijke landingsterreinen zijn eischen in dit opzicht
zeer hoog hebben te stellen.
Verder is bij de Clark de verplaatsing van het drukmiddel-
punt geringer dan bij de Curtiss. Een korte verklaring is
misschien niet overbodig. Onder dit punt verstaat men het
aangrijpingspunt van de resultante van alle opwaartsche krachten,
die op het toestel werken. Bij gewijzigden stand der machine
verplaatst zich dit punt; hoe geringer nu die verplaatsing is,
hoe stabieler de machine uit den aard der zaak.
874