Overigens adviseerde ik in 1916 die kaart niet uit te geven,
doch te wachten op nadere gegevens van de verkenners. De
nieuwe overzichtskaart is nu in druk.
Bij de mededeeling is een literatuuropgave gevoegd ingericht
volgens het decimale systeem.
De door mij aan de memorie toegevoegde literatuuropgave
van ongeveer honderd werken ontbreekt eveneens bij de ver
wijzing naar de bronnen bij de betrekkelijke hoofdstukken.
Terecht stond in de instructie voor de samenstelling der me
morie vermeld
„Onderwerpen, welke in boeken of periodieken, afdoende en
in voldoend beknopten vorm zijn behandeld wat eerst na be
studeering zal blijken behoeven in de memorie niet beschreven
te worden. Een onder het betrekkelijk hoofd geplaatste ver
wijzing. naar die boeken of periodieken is voldoende.
Ten slotte moet de memorie een opgave bevatten van de
bronnen, waaruit de gegevens zijn geput, waarbij in het kort
aan te geven, welke onderdeden van de memorie in een be
paalde bron worden behandeld."
Niet alleen is men dit aan de schrijvers verplicht, doch men
weet tevens, welke bronnen reeds geraadpleegd werden en
welke niet.
De laatste alinea van het voorbericht „Men diene echter wel
in het oog te houden, dat de bijvoeging dezer literatuurlijsten
niet beteekent, dat al de daar opgenoemde werken of geschriften
voor de bewerking der Mededeelingen werden geraadpleegd"
doet dadelijk de vraag rijzen, welk nut het toevoegen van deze
lijst aan de memorie dan wel heeft. Immers men moet om op
het een of ander onderdeel dieper in te gaan nu alles, wat
daarop betrekking heeft, wederom door lezen en menieesteen
wanhopig aantal malen hetzelfde.
Het in „beknopten vorm" samenvatten van wat in de bron
nen behandeld wordt, was in de memorie geschied, met ver
wijzing naar de meer uitgebreide behandeling.
Op zich zelf is de bijgevoegde literatuurstudie natuurlijk van
veel belang, het ware m.i. echter beter geweest ze als afzon
derlijk werk te publiceeren en aan de betrekkelijke hoofdstukken
van de memorie aan den voet van de bladzijden toe te voegen
de door mij riog niet vermelde bronnen, waarvan de inhoud, in
dien zij van belang was, dan beknopt in de memorie verwerkt
had behooren te worden.
Want het spreekt van zelf, dat door mij wel verschillende
bronnen vergeten zullen zijn.
De Literatuurstudie is echter natuurlijk evenmin volledig.
Zoo is op het gebied van taal vergeten melding te maken
van het belangrijke werk van Dr. Ardiani
918