Vooral is dat het geval met blz. 18 36. In de eerste plaats
ware het hier m. i. beter geweest zich weder te houden aan
de instructie en niet te vermelden alles, wat de kaart voldoende
duidelijk aangeeft. „De memorie wint daardoor aan beknoptheid,
dus aan duidelijkheid". Verder zijn hier de gegevens uit ver
schillende hoofdstukken in een anderen vorm gegoten, waardoor
het geheel minder overzichtelijk is geworden.
De hoofdstukken kusten, rivieren, wegen en paden zijn nu
dooreengemengd met gegevens omtrent bergen, kampongs enz.
Op blz. 14 had de „kustvegetatie" achterwege kunnen blijven
(de bron is niet vermeld), evenzoo op blz. 15 het karakter der
wouden van Noord Celebes.
Omtrent „Rassen" blz. 37 38 was het voldoende geweest
alleen de laatste alinea te vermelden.
Bij het hoofdstuk Taal missen wij ais bijlage de woorden
lijsten van Tidore, Maba, Boeli, Sawai, Weda, Pagu en Madolé,
bij de memorie overgelegd en meest samengesteld met hulp
van de zendelingen en bestuursassistenten.
In de 8ste Aflevering van Teysmannia wordt nog opgemerkt, dat
ruim het vierde gedeelte van het geheele werk is besteed aan den
godsdienst, en een vergelijking wordt gemaakt met een boek over
Nederland en zijn bewoners, waarin men er niet toe zal komen
„een ruime plaats te geven aan de gebruiken, welke te Ilpendam
in acht genomen worden, wanner de baker het ingedroogde navel
eindje van den jonggeboren Ilpendammer verwijdert."
De schrijver verliest daarbij uit het oog, dat het zoowel
voor bestuursambtenaren als voor eventueele expeditiecom-
mandanten (voor wie de memorie eigenlijk oorspronkelijk ge
schreven is) van groot belang is, zeden en gewoonten van het
volk te kennen en dat inbreuk maken op die zeden en gewoonten
herhaaldelijk tot opstootjes heeft geleid. Zoo was de oorzaak
van beroering in Kau het verbod om lijken in huis of in
doodenhuisjes boven den grond te laten staan.
Het schadelijke voor de gezondheid zag men nog wel in,
doch het meest gebelgd was men, omdat men in de meening
verkeerde, dat nu ook de doodenfeesten waren afgeschaft.
Verbiedt bij de bevolking de slamatans na overlijden eens en
ge zult de gevolgen zien.
Welk groot nut heeft niet „De Afjéhers" van professor Snouck
Hurgronje voor onze bestuursambtenaren en civiele en militaire
gezaghebbers gehad.
Het was onze bijbel, we stonden er mee op en gingen er
meejTiaar bed.
Nu zal men mij tegenwerpen, dat een mededeeling van het
Encyclopaedisch bureau geen militaire memorie is en dit is
920