Wat moet ik dan doen, zal menigeen zich afvragen; de artillerie mag niet vuren, als de infanterie niet voorwaarts rukt, en de in fanterie mag niet voorwaarts rukken, voordat zij gesteund is door artillerievuur. Dit goed te begrijpen is een 'hoofdvoorwaarde voor het slagen van de samenwerking, dus het slagen van den aanval. Stellen wij de volgorde schematisch eenigszins aldus De artillerie laat door het schieten van merkpunten aan de in fanterie zien, waar zij momenteel op gericht staat. De infanterie lokt door krachtdadige verkenning en pogingen om te deboucheeren het vuur van den vijand uit. Hierdoor worden de stellingen van den vijand beter onderkend, getracht het artillerievuur op die stellingen over te brengen en dit vuur zoodanig te versterken, dat men meenen kan den vijand voor het oogenblik achter zijn dekkingen gejaagd te hebben en het vuren te beletten. Het oogenblik is voor de infanterie gekomen om een sprong te wagen. Die sprong zal nieuwe uitkomsten opleveren, de plaats van den tegenstand wordt nauwkeuriger gedefinieerd, want de vijand zal niet verzuimen ondanks het krachtiger artillerievuur het noodige te antwoorden. Men krijgt meerdere gegevens omtrent de ver deeling van zijn krachten. Men slaagt er dus langzamerhand wellicht in, het artillerievuur juister te richten. Na de noodige voorbereiding weer een sprong, enz. Het artillerievuur leeft dus op met het infanterievuur, doch zal dit vuur altijd min of meer onmiddellijk voorafgaan. Reeds elders mocht ik er op wijzen, dat het verkeerd zou zijn de infanterie een sprong te laten doen om den vijand uit zijn schuilhoek te lokken, en eerst daarna de artillerie op de zich alsdan vertoonende doelen te laten vuren. Bij ongeluk ontsnapt mij hier eigenlijk het woord „vertoonende", een woord uit het gewone spraakgebruik Want lang niet zeker is het, dat zelfs de aanvallende infanterie op groote afstanden haar tegenstander zal kunnen zien. Ik zou dus eigenlijk hebben moeten zeggen „bloot gevende" Moge ik er door vorenstaande schildering nog eens in geslaagd zijn aan te toonen, hoe ellendig stumperig het is bij den aanval artillerie zonder eenig verband met de aanvallende infanterie in een bewakings stelling te zetten en haar op te dragen te vuren op „loonende doelen". 930

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 12