den indruk, alsof schrijver een verdeeling van de artillerie over bataljons als norm neemt. Een dergelijke verdeeling (versnippering) van de artillerie over zulke kleine troepjes is hier wel is waar ge woonte, doch kan niet genoeg veroordeeld worden en moet uitzon dering blijven. (Dat ik zoo'n geval als voorbeeld koos, was om der eenvoud wille). Nog één opmerking over de voorgestelde seinenhet verstrekken van gegevens in %o is verkeerd. Alle op gaven moeten in M. geschieden (zie de leidraad). Welk seinstelsel moet dan wel worden toegepast? Terzake zijn de noodige voorstellen gedaan, die nog steeds in behandeling zijn. Het kan echter geen kwaad de voorgestelde seinen hier op te nemen, want al worden zij niet juist zoo aangenomen, het staat vast, dat er iets in dien geest zal komen. Voorgesteld is het volgende. Seinen ten behoeve van de samenwerking tasschen infanterie en artillerie. Voor het geven van deze seinen wordt steeds gebruik gemaakt van twee gewone seinvlaggen, onverschillig van welke kleur (te bedienen door 2 man). Alle seinen, door het station aan de zijde van de infanterie gegeven, worden door het station aan de zijde van de artillerie herhaald. Nadat een sein gegeven (herhaald) is, worden de vlaggen gestreken om zoo min mogelijk de aandacht van den vijand te trekken». Alleen de volgende seinen mogen worden gegeven Oproepsein. Dubbele slagen met beide vlaggen. Wordt gegeven bij het tot stand brengen van een verbinding en verder, wanneer zulks noodig is om aandacht te trekken. Vuur openen vuur versterken). Met beide vlaggen gelijktijdig slagen maken naar de buitenzijde. Het sein wordt v.z n. herhaald tot de gewenschte vuurkracht is ver kregen. Vuur staken. Beide vlaggen omhoog steken en stilhouden. 947

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1918 | | pagina 29