meening was en blijf, dat we voor onze a.s. bewapening niet klakkeloos moesten kiezen uit wat aan geschut daarginds tijdens den oorlog werd gebruikt. Intusschen zijn we sedert de dagen, dat ik mijn artikel schreef, wel in sterk gewijzigde tijdsomstandigheden gekomen. Met het in elkaar storten van het Duitsche leger werd de mo gelijkheid geopend, dat wij uit den voorraad van Krupp, c. q. zelfs uit den faillieten boedel van het Duitsche leger, reeds bestaand geschut zouden kunnen koopen, en richtte dus menigeen de oogen op die soorten kanonnen, die reeds hunne „Kriegsmaszigkeit" had den bewezen. Al heeft nu een dergelijke wijze van voorziening, die wellicht snel zou zijn uit te voeren, veel aantrekkelijks, ook al in verband met den toestand van onze schatkist, ik voor mij heb er echter ernstige bezwaren tegen. Allereerst omdat, als boven reeds gezegd, de thans beschikbare soorten vrijwel zeker niet meer die zijn, die door de gebruikers zelve voor de toekomst zouden worden gewenscht. En verder, omdat wij mijns inziens moeten kiezen, wat voor onze bijzondere omstandigheden noodig is. ik weet wel, er zijn collega's, die mij bestrijden in mijne meening, dat er bijzondere Indische omstandigheden voor ons Leger aanwe zig zijnzij gronden hun opvatting op het feit, dat de Europeesche Artillerieën ook in zooveel verschillende soorten terreinen hebben gevochten. Ja, in veel soorten terreinen, doch niet in het Indische, en dan nog onder de bijkomende factoren: a. steeds met voltallige en krachtige Europeesche bedieningen b. met Europeesche-paarden-bespanningen, of wat in de betrek kelijke landen daarvoor werd gebruikt (bijvoorbeeld in Servië bespanningen van trekossen)'; c. met ter beschikking de in alle opzichten zoo buitengewoon vervolmaakte technische hulpmiddelen der Europeesche industrie. Vorenstaande drie factoren nu missen wij ten eenenmale. De bedieningen voor onze kanonnen zijn steeds nauwelijks vol tallig en dan nog samengesteld gedeeltelijk, later misschien geheel, uit physiek minder krachtige Inlanders. Onze zoo beperkte voorraad Australische paarden zal zeer spoedig opgebruikt zijn. Aan surrogaat daarvoor hebben we alleen onze kleine inheemsche paardjes; karbouwen zijn in sommige streken bruikbaar alleen buiten de heete uren van den dag; trekossen zijn slechts in enkele streken beschikbaar en bruikbaar. De autotractor is nu ons 113

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 119