omvorming tot een politieleger? Het antwoord moet ontkennend zijneen zoodanige sterkte is waarschijnlijk niet noodig. Stel alleen om een getal te noemen en om de gedachten te bepalen dat 5000 man noodig zijn, opdat het leger in de buitengewesten wederom den geheelen arbeid van de gewapende politie kan overnemen (2). Dan zou juist het teveel van 5000 man een schoone gelegenheid bieden tot selectie én onder de politiedienaren én in het leger. Ik behoef hier maar te wijzen op de stokoude Kromo's, die uitkasian nog een jaar gekregen hebben en die, voortsloffend tusschen cham- brée en goedang of lampenhok, op een schraal pensioen wachten. En op de welbekende „oorlogsrecruüt", die blijkbaar in niet ge ringe hoeveelheid is binnengesmokkeld en die met den meesten spoed dient te verdwijnen. Een dergelijke „verfrissching" zou mo gelijk worden door een samensmelting van leger en politie, waarbij voor een minder gewenscht of minder bruikbaar teveel een ander debouché kan worden gezocht. In het leger zou een „opruiming" kunnen worden gehouden onder de ouden van dagen of physiek minder geschikten en zoo noodig ook onder die zoogenaamde oorlogsrecruten vooral dit laatste zou, gezien hetgeen ik in dit opzicht zelf in betrekkelijk geringe mate ondervond, doch voortdurend van collega's op Java vernam, een beduidende verbetering beteekenen. Op den voorgrond dient echter gesteld, dat dergelijk opruimingswerk in billijkheid tegenover het object dient te geschieden, dat in geen enkel opzicht, vooral ook financieel niet, het slachtoffer mag worden. Bij de gewapende politie stelle men de gelegenheid open tot overgang bij het leger dan wel bij de algemeene politie. Zij, die daartoe niet genegen blijken kunnen van hun dienstverband worden ontslagen. Onder de wei-genegen - en ik geloof, dat zij het grootste deel zullen vormen - kieze men de beste elementen uit voor het leger en de algemeene politie. Zij, die niet geschikt of bruikbaar zijn geoor deeld, worden eveneens van hun dienstverband ontslagen. Het zou misschien aanbeveling kunnen verdienen om dit voor hen onder eenigszins voordeeliger voorwaarden te doen geschieden dan voor de niet-genegenen, teneinde zoodoende bij de selectie meer keuze te hebben. (2) Het is misschien zeer goed mogelijk, dat ons tegenwoordig leger voldoende sterk is, om door een vermindering van de troepen op Java een toevoeren naar de buitengewesten zonder versterking het werk van de gewapende politie geheel over te nemen. A. 187

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 197