en uit Amerika nog beschikbare reserve deelen een toestel ver= vaardigd. Waar thans de nog in gebruik zijnde toestellen zeer goed zijn, er voortdurend en met succes is gevlogen, nimmer een ongeluk heeft plaats gehad tengevolge van materiaal- fouten, de herstellingen thans zijn stopgezet, omdat alle reserve materiaal ontbreekt, dit materiaal alleen in het buitenland zou zijn te verkrijgen, hetgeen onder de huidige omstandigheden onmogelijk is, is het gemis van een luchtvaartkundig ingenieur bij een kleine vliegafdeeling als de Nederlandsch-Indische niet gevoeld. Bovendien is het thans uiteraard lastig, zoo niet onmogelijk, goede Nederlandsche luchtvaartkundige ingenieurs te verkrijgen, omdat degenen, die het recht hebben om dien titel te voeren, vóór 1914 hunne opleiding hebben genoten en de luchtvaartstudie toen nog zeer beperkt was, zoodat zeker van die personen niet zoo veel méér heil te verwachten is dan van ingenieurs, die zich op dit gebied hebben toegelegd. Indien de vliegafdeeling er dan ook in kan slagen, nu de oorlog is afgeloopen, op een tweetal buitenlandsche eerste klasse krachten en wel één op motorgebied en één op luchtvaartgebied de hand te leggen, dan kan waarschijnlijk, nu binnen kort een groote uit breiding van de vliegafdeeling te verwachten is, dit lichaam geluk gewenscht worden, dat toenmaals de uitzending van een luchtvaart kundig ingenieur is mislukt. Deze personen toch, die gedurende den geheelen oorlog de vooruitgang in de vliegtuigindustrie hebben medegemaakt, moeten wel geacht worden geheel op de hoogte te zijn van den tegen- woordigen stand van de luchtvaart en zijn onmisbaar, indien de wil er is de vliegafdeeling zoo spoedig mogelijk op hetzelfde standpunt te brengen als die in andere landen. Het is slechts een kwestie van geld. Ten derde de benoeming van den werktuigkundige tot chef vliegenier. Tengevolge van het groote gebrek aan reserve materiaal konden zwaar beschadigde toestellen niet meer gerepareerd worden, zoodat de werkzaamheden van den werktuigkundige steeds minder werden. Omdat de Heer Hilgers een uitstekend vliegenier is, werd hem naast zijn andere geringe werkzaamheden de taak van Chef-in structeur opgedragen. Indien dan ook de Heer Pabst zich vooraf ter plaatse van den toestand had vergewist, dan waren de woorden „een hoogst zonderlinge opvatting" door hem waarschijnlijk niet gebezigd. 253

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 267