was, vóór dat de „side-slip" begon, hetgeen door verschillende
collega's bevestigd kan worden. Van dat afzetten van het contact
herinnerde hij zich ook niets meer. Majoor Vogelesang, die mij den
raad geeft de oorzaken van vliegongevallen eerst beter te bestudeeren,
weet zelf wel, hoe weinig waarde dikwijls gehecht kan worden aan
de uitlatingen van personen, die zelf het slachtoffer van een ernstig
ongeluk zijn geweest, hoewel zij natuurlijk geheel te goeder trouw
zijn. Hoe dikwijls waren hun verklaringen niet in strijd met de met
zekerheid door objectieve toeschouwers waargenomen feiten. Het
zelfde doet zich dikwijls voor met verklaringen van getuigen in
strafzaken, die dan nog niet het honderdste hebben doorgemaakt van
hetgeen een gevallen vlieger wedervaren is.
De vraag van Majoor Vogelesang, hoe het mogelijk heeft kunnen
zijn, dat Kapitein van Bevervoorde in een dergelijken „side-slip"
is gekomen, is op verschillende manieren te beantwoorden. Ik meen
zelfs gehoord ie hebben, datMaj. Vogelesang zelf in zijn uitlatingen
een vrij aannemelijk antwoord daarop gevonden heeft. In dit tijd
schrift wil ik daar niet verder op ingaan.
Evenals de Heer Leendertz, betoont Majoor Vogelesang zich
gevoelig over mijn raad aan het slot van mijn artikel. Beide heeren
betoogen, dat ook bij opvolging daarvan, ongelukken toch niet
achterwege kunnen blijven.
Ik kan er echter niet goed bij, wat voor verschil ten kwade
het kan maken, of men mijn raad opvolgt of niet in een volgens
den Majoor Vogelesang toch hopeloos geval, nl. bij een „side-slip"
op geringe- hoogte. Is men op groote hoogte, dan komt het er
weinig op aan, wat men doetdan is er volop tijd, zich te redres-
seeren. Ik heb gewaarschuwd tegen de mogelijkheid van het
plotseling optreden van drukken op het hoogtestuur, terwijl ik er ook
op wees, dat dit optreden begunstigd wordt door een groote hori
zontale snelheid van de machine.
Opkomende tegen de zinsnede van mijn artikel„dan kunnen
dergelijke catastrofes in de toekomst vermeden worden," zegt Majoor
Vogelesang, dat aan het vliegen nog altijd een zekere risico ver
bonden is, hetgeen trouwens ook met paardrijden, automobielen,
enz. het geval is, zij 't dan ook in veel mindere mate. Het is echter
mijn streven geweest om door het nagaan van de mogelijke oor
zaken der laatste ongelukken te komen tot eene leering voor de
toekomst, waardoor het risico wellicht eenigszins verminderd zou
kunnen worden.
T.
256