naar bel Duitscbe front. reizen Kort na mijne aankomst in Nederland (einde Mei 1916) ontving ik eene uitnoodiging van de Duitsche Regeering tot een bezoek aan het front. Daar de keuze van het frontgedeelte aan mij gelaten werd, koos ik, als het toen (zomer 1916) belangrijkste, het Sommefront! Ik laat hieronder een relaas van mijne ervaringen aldaar volgen met eene beschrijving van twee andere reizen, die ik in den zomer van 1917 maakte, n.l. naar den Chemin des Dames en naar het Rigafront. 1. Bet Sommefronf. (met fig. 1 t/m 5). Den lsten November 1916 uit Nederland vertrokken, kwam ik den 2den d.a.v. 's morgens in het hoofdkwartier van Kroonprins Ruprecht van Beieren aan. Na vier dagen verblijf aan het front werd den 5den November 's avonds naar Berlijn vertrokken. Het voornaamste, het meest treffende en vermoedelijk het be- langrijkste, dat ik opmerkte, was het ongeschokte vertrouwen op de overwinning, dat bij hoog en laag heerschte, de rustige, kalme, zelfbewuste kracht van het Duitsche Leger. Zóó vastgeworteld bleek mij dat vertrouwen, zóó hoog het moreel van het leger, dat ge steund werd door uiterst krachtige stellingen, dat ik de zeer besliste overtuiging wel mee moest nemen, dat eene militaire overwinning der Entente hier ondanks alle inspanning uitgesloten zou zijn. Ik hoop, dat uit hetgeen ik nader schrijven zal, voldoende zal mogen blijken, waarop onder meer die overtuiging gegrond werd. Voor een groot deel zal dat echter niet geheel zijn weer te geven; men moet daarvoor zelf hooren, met weik een rustig vertrouwen de Duitsche officieren en minderen vervuld zijn en over de toe komst van den oorlog spreken. Dat zelfde vertrouwen heerscht ook onder het geheele Duitsche volk. Als ik in Berlijn Unter den Linden wandelde, bij de Bran denburger Poort, op den Pariser Platz, voelde ik onweerstaanbaar de gedachte opkomen, dat het Duitsche volk het oog gericht heeft 279 I. M. T. 18 1919.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 303