Indien men in Indië maskeering zoo weinig mogelijk acht, dan is het mij onbegrijpelijk, wat men eigenliik in Nederland met de veldartillerie uitricht, alwaar men over het grootste deel van het land zoo goed als geen gebruik kan maken van terreindekking en de gelegenheid tot maskeering toch zeker niet gunstiger is dan hier. In de gevallen, dat een meer achterwaartsche gemaskeerde op stelling mogelijk ingenomen zou kunnen worden, is het de zoo fragiele en kwetsbare telefoonverbinding met den zich meer naar voren bevindenden B. Cdie de vuurleiding in gevaar brengt. De groote oorlog heeft ons al voldoende laten zien, wat een groote rol de telefonische verbindingen spelen ondanks de nadeelen daaraan verbonden en dat men daarnaast van seinploegen gebruik maakt. Zeker is het, dat voor krombaanartillerie zeer veel telefoon kabel noodig is. Wanneer wij dan ook maar van de „snel te leggen telefonische verbinding van betrouwbaren telefoonkabel", die op bl. 891 Voor het eenheidskanon wordt noodig geacht, voor de verbinding van den B. C met de stellingen van de veldartillerie op bl. 887 genoemd, gebruik maken, dan zal de vrees van den B. C. voor zijn telefoon wel verdwenen zijn. Teneinde het betoog kracht bij te zetten, dat voor de veldartil lerie of bergartillerie bewapend met lange kanonnen, menige tactische opdracht óf onuitvoerbaar zal zijn óf het eigen leven zal kosten, werden nog drie punten vermeld, die ik aan eene korte bespreking wil onderwerpen. Het eerste dier punten vermelde, dat de Franschen getracht heb ben het vlakbaanvuur hunner veldartillerie te krommen door middel van op de projectielen aangebrachte platen. Deze poging echter ontsproot uit de wenschelijkheid om doelen achter dekkingen te treffen, om zoodoende de invoering van lichte veldhouwitsers te kunnen ontgaan, en vond niet in de eerste plaats zijn grond om daardoor voor de eigen vuurmonden meer dekking te verkrijgen. De z.g. Plaque Malandrin werd dan ook alleen maar gebruikt bij de brisantgranaat en uitsluitend tegen doelen achter dekkingen. Waar door de aanwending van de Plaque Malandrin de schootsaf stand op 2000 25C0 M. slechts met 4Q0 M. verminderde, kan van eene noemenswaardige vermeerdering van den uitvaartshoek dan ook geen sprake geweest zijn. Toch heeft men in Frankrijk naar allerlei middelen gezocht om ook den uitvaartshoek te vergrooten, om zoodoende in het terrein 28

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 30