b. bij den marsch met tweeën. achter een sectie ch 6 pas. comp. 20 pas. bataljon 50 pas, mitr. comp.± 40 pas. batt. artil. 40 pas. Past men het afslandensysteem niet toe, dan zal, zéér tot nadeel van den troep, van het marschautomatisme niet veel terecht komen. Zelfs in terreinen met nauwelijks merkbare hellingen kan de marsch- snelheid in de colonne op diverse plaatsen verschillen opleveren. Dit verschil zich zoo weinig mogelijk te doen gevoelen, is het doel van het afstanden nemen. Nartuurlijk moeten die afstanden worden gebruikt, dus .c.q. tijde lijk vergroot of verkleind Een klimmend terrein betredende, zal de snelheid geleidelijk moe ten worden verminderd. Deze vermindering dient bij steile hellingen reeds vóór het betreden van de helling een aanvang te nemen. Bij het dalen zal men evenzoo geleidelijk weer in het vroegere marsch- tempo vervallen. Hierover lang uit te weiden is onnoodig. Doen, eerst met kleine troepenafdeelingen, daarna met grootere, is hier hoofdzaak. Geraken de afstanden langzamerhand iets te groot, dan hale men zulks zèèr geleidelijk in. Bij de eerstvolgende rust late men zoo noodig opsluiten en wijke dan dus af van V. V. 65 (I). Een ontij dige en plotselinge snelheidsvermeerdering zou den man te zeer vermoeien. VIII. Rusten en verdere verlichting van den marsch. Zie V. V. 62 (2). De eerste rust C/2 uur buiten het nachtkwartier) worde niet verwaarloosd. De man is dan in de eerste periode en heeft behoefte aan die rust, óók, om eventueele gebreken aan uit rusting of schoeisel te verhelpen; 5 minuten zijn als regel voldoen de, ofschoon ons voorschrift een rust van 10 minutec toestaat. Overigens dient 62 (2) in verband met 62 (1) ruim te worden op gevat. Zoo zal de commandant bij gunstige omstandigheden in de tweede periode soms eerst na 1 '.u uur behoeven te doen halt- houden, terwijl in de derde periode of in de ongunstige omstan digheden, in 62 (O genoemd, reeds na 45 a 50 minuten zal moeten worden gerust. Vooral, indien de troep vermoeid begint te geraken, zal een ruim toedienen van (niet te lange) rusten plicht zijn. De 322

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 350