nagekomen siuk. fiog altijd een B. V. I In de Februari-aflevering van dezen jaargang bespraken wij de mogelijke gevolgen van de schrapping van belangrijke posten ten behoeve van de landsverdediging op de voorgestelde begrooting voor 1919 door den Minister van Koloniën. Wij wezen er toen op, dat, indien deze en dergelijke maatregelen werkelijk een gevolg waren van een onbeperkt vertrouwen in den z g. volkerenbond, eene ge- heele omvorming van het bestaande leger tot een zuiver politieleger eene van zelf sprekende consequentie zou zijn. Heeft men daar entegen geen vertrouwen genoeg in den volkerenbond c a. en wenscht men toch handhaving van onze vlag in deze gewesten, dan is afdoende verbetering en uitbreiding van onze weermacht noodzakelijk. Alzoo of het een, óf het ander; een middenweg beteekent berusting in den bestaanden, in alle opzichten onbevredigenden toestand, gelijkstaande met geldverspilling en dus ongeoorloofd. Sedert is hier te lande ontvangen de ontwerp-Indische begrooting voor 1919, door den Minister van Koloniën ingediend bij de Staten- Generaal, hetgeen ons in staat stelt na, te gaan, welke veranderingen deze staatsman in het Indische ontwerp gebracht heeft. Het blijkt nu, dat in de IXde begr.ootingsafdeeling (oorlog), behalve de bekende en zeer belangrijke post voor verbetering van inkomsten en vooruitzichten van verschillende klassen van militairen beneden den rang van officier, ongewijzigd zijn overgenomen de posten voor de verdere organisatie van de automobielcompagnie, voor de op- richti'g van de afdeeling strijders-wielrijders en van een korps paardenziekenverplegers, d.w z. uitgaven welke alleen noodig zijn, wanneer men blijft gelooven aan een B V. De gelden, uitgetrokken voor den aanbouw van drie kruisers en een aantal onderzeebooten ten behoeve van de verdediging van Indië, zijn, zij 't met eenige vermindering, gehandhaafd, terwijl de pas ontvangen telegrammen ons leeren, dat de Minister van Marine ad interim in de Tweede- Kamer verklaard heeft, dat eene inkrimping van de vloot, zelfs als de volkerenbond tot stand komt, voor het oogenblik onmogelijk is, dat Nederland als koloniale mogendheid geen kleiner vloot hebben kan dan hèt thans bezit (l), dat de bouw van de drie, (1) Toch al niet van groote oorlogswaarde. In dit opzicht geven de beide onderdeelen der Indische weermacht elkander niet veel toe. 371

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 401