levenswijze, zeden en gewoonten. De betaling wordt voor alle dienstplichtigen gelijk gemaakt aan die van den laagst bezoldigden rang- of standgenoot van het staande leger. Gedurende den eerste-oefeningstijd ontvangen zij, die daaraan behoefte hebben, schoolonderricht, zoodat geen dienstplichtige als analphabeet met groot verlof gaat Voor vaststelling van den leeftijd, waarop de dienstplicht begint, zal de Regeering zich laten voorlichten door eene commissie, waarin geneeskundigen van inheemschen landaard en kenners van de volks huishouding eene ruime plaats zullen innemen. Gedurende den geheelen duur van den dienstplicht zijn de dienst plichtigen vrij van heerendiensten en van de geldelijke heffingen welke deze vervangen. Met de Zelfbesturen op Midden-Java zal nader overleg worden gepleegd over de wijze, waarop zij zullen deelnemen aan de weer- baarmaking van Indië. Om in de behoefte aan beroepsofficieren voor de dienstplichttroe pen te voorzien, zal eene Indische Militaire Academie worden op gericht, bestemd voor jongelieden van eiken landaard. Zoolang eene applicatieschool of eene technische hoogescbool nog ontbreekt om te voorzien in de aanvullende wetenschappelijke opleiding van een deel der artillerieofficieren en alle genieofficieren, afkomstig van de I. M. A., zullen dezen uit het officierskorps van het staande leger genomen worden. De officieren van den geneeskundigen dienst ontvangen hunne opleiding aan de h t.I. bestaande en nog op te richten artsenscholen. De maatschappelijke stelling van den aldus gevormden officier van het dienstplichtleger zal gelijkwaardig zijn aan die van de Indische artsen, rechtskundigen en bestuurs ambtenaren. Daar de uitkomsten van het M. U. L. en Middelbaar Onderwijs voorloopig geen voldoend aantal aspiranten voor de i. M. A. doen verwachten, zal eene cadettenschool met driejarigen cursus worden opgericht als voorbereiding tot de I. M A. De opleiding aan de C. S. en aan de 1. M. A. zal geheel kosteloos geschieden. Vooi de kaderopleiding zal eene opleidingschool in den trant van het instructiebataljon in Nederland opgericht worden. Uit den aard der zaak is het niet mogelijk reeds nu op te geven, welke uitgaven het gevolg zullen zijn van de uitvoering der onder- werpelijke voorstellen. Van daar, dat de Regeering volstaat met eene raming van de kosten van invoering van het dienstplichtstelse!, zooals dit gedurende de eerstvolgende jaren zal werken, dat is bij eene jaarlijksche lichting van 2600 man, Eur. en niet-Eur., wat de infanterie betreft, verdeeld over 4 bataljons. De hieraan verbonden !f°-O™11™ worc^en geraamd op 1.400X00 waaronder begrepen t 300.000 voor de reeds bestaande Eur. militie. In dit bedrag zijn echter niet begrepen de kosten van het militaire onderwijs, daar deze nog niet geraamd kunnen worden. De kosten voor aanschaffing van wapening, uitrusting, kazerneering en hospitaalfournituren wor den voorloopig op 800.000 geraamd. Deze uitgaven zullen ophouden, 41

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 43