„(4). Aan Amb. kan, indien zij aan rijstgerechten de voorkeurgeven boven volksspijs, instede van volksspijzen gebr. gehakt, 0.25 K. G. rijst met sambal en gehakt worden verstrekt. (5). Soep kan naar verkiezing bij het middagmaal of bij het avondmaal worden verstrekt". Noot (4) is o. i. iets onbestaanbaars. Wil men t den Heeren gaan afvragen? 't Is toch geen kinderpartijtje, waar men vraagt, of zus „stroop", dan wel liever „limonade" heeft. Als er „volksspijs" is gelast, eten de Amboineezen maar volks spijs; lieverkoekjes worden hier niet gebakken, plachten ze bij ons thuis vroeger altijd te zeggen! Ad noot (5): naar verkiezing van wien? Het V. V. zegt, dat de soep tot den avondmaaltijd behoort. Tot slot zij nog vermeld de toelichting No. 2 op de voedings wijze, n.l. „(2) In verband met de geringe voorliefde v. Inl. voor verduur zaamd vleesch in blik komen, indien versch rundvleesch niet ver krijgbaar is, in de eerste plaats dengdeng of gedroogde visch voor vervanging in aanmerking". Na hetgeen wij voren schreven, behoeven wij wel niet te vermel den, hoe wij over deze „lieftalligheid" denken. D. Boeye, Kapitein van den Oeneralen Staf. 408

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 440