ik wijs op de strekking van vele artikelen in zijn orgaan „Het Vaandel", op de ongebreidelde zucht tot eischen en de anti-krijgs- tuchtelijke toon, die in genoemd orgaan en in de bondsvergaderingen om den voorrang strijden, op het feit, dat mindere militairen spreken van op „inspectie gaan" en hunne bemerkingen met wenken en raadgevingen f!) tot de officieren en autoriteiten gericht". Wie met deze uitknipsels voor oogen, uitknipsels, die gemakkelijk met eenige tientallen te vermeerderen zijn, nog wil volhouden, dat de minder goede geest van recenten datum is, kan kwalijk op de hoogte worden geacht. Verder wordt de aandacht gevestigd op het feit, dat niettegen staande de opvattingen in een vrijwilligers- en in een militie-leger niet gelijk kunnen zijn, de uitzending van militiekader steeds grootere afmetingen heeft aangenomen en we welhaast staan verblijd te wor den met Nederlandsche militie-officieren, die uit den aard der zaak voornamelijk bij de vrijwilligers zullen worden ingedeeld. De lezers van dit tijdschrift hebben allen het geschutter van de „bewuste arrebeiers" in uniform op folio van sergeant bijgewoond, de opvat tingen van de heeren kunnen hooren en lezen, het zou zijn uilen naar Athene dragen er hier verder over uit te wijden. Dat de goede naam van ons kader op bedenkelijke wijze is aangetast, dat onze beste onderofficieren zoo spoedig mogelijk een heenkomen zoeken, het is aan deze uitzending te wijtenhet is er mee gesteld als met de gemengde compagnie; het middel is erger dan de kwaal. Heft men de gemengde compagnie op en deelt men bij de niet-Euro- peesche compagnieën officieren en kader in behoorlijk van het Ma- leisch en onze Indische soldatenrassen op de hoogte, dan kunnen daarbij de Europeesche brig. eten. en daarmee de „landstormers" gevoegelijk gemist worden en wordt het prestige onzer E r. onder officieren weer op het oude peil gebracht Ook over het onttrekken van troepenofficieren aan hun dagelijksch werk door commissies beter op te dragen aan de officieren van de militaire administratie en speciale diensten behoeft hier geen betoog geleverd te worden. Verder zij gereleveerd, dat, blijkens de citaten, de minder goede geest dateert van 1907. In dien tijd woei de „nieuwe richting" naar Indië over, slecht begrepen en toegepast. In dienzelfden tijd geraakte de I. V., die sedert 1898 ons leger zoo'n hoog moreel had bijgebracht, op den achtergrond en vroeg de B. V. meer en meer den aandacht. Wederom een citaatje en wel van den gep. ritm. Boon uit zijn open brief aan den G. G. naar aanleiding van het ontslag de Greve 433

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 465