en welke punten de voorpostencommandant bepaaldelijk opgeeft [punt 197 (3) Nog één punt, meen ik, geeft verschil van opvatting. De punten, die vastgehouden of blijvend waargenomen moeten worden, maar gelegen zijn buiten de algemeene veiligheidslinie, d. w. z. buiten de veiligheidslinie gevormd door de V. PDn. met hun V.Wn., worden door gedetacheerde veldwachten bezet, dan wel bewaakt [184 (3) en 2f8 (l)J. Naar mijne meenirg zal de voorpostencommandant de afdeelingen voor die taak aanwijzen uit de hem ten dienste staande troepen. Echter zou het ook de be doeling kunnen zijn, dat die afdeelingen door den A. B worden aangewezen en van opdrachten voorzien, hetgeen ik betwijfel. Alle elementen van de voorposten dienen in één hand te zijn. Het hiervoren medegedeelde betreft de algemeene beginselen en ontneemt dus niets aan de waarde van het bepaalde in punt 183. 28 Jan. 1919. i S. Prins, Kapitein der Infanterie. Smabefijb brood poor het soldatenonlbijt. De broodjes, bestemd voor het ontbijt van den soldaat, worden als regel in den namiddag van den dag vóór dien van verstrekking gefourageerd,sommige garnizoenen, gewoonlijk de kleinere, ont vangen het brood reeds op het midden van dien dag. Geen wonder, dat, als 's morgens de soldaat opstaat en hij even als ieder normaal mensch nog niet overvloeit van eetlust, het hard- geworden oudbakken brood niet een gerecht is, hetwelk met graagte wordt genuttigd. Zelfs de enkele vlokjes boter (is duur tegenwoordig) en de toespijs kunnen het keelgat niet vermurwen om met eenige bereidwilligheid het brood toegang te verleenen. Als niet de koffie of de thee te hulp wordt geroepen om het broodje wat weeker te maken, dan zou het ontbijt minder vlot verloopen. Niet zelden is daarvan het gevolg, dat de soldaat met een leege maag op marsch gaat en zijn broodje dan maar bewaart tot een later uur van den dag tijdens de oefening. Met niet genoeg aan te prijzen nauwlettendheid moet hiervoor worden gewaakt, de soldaat moet een gevulde maag hebben, als hij zijne diensten gaat vervullen. Gaat men 's morgens vroeg langs de chambree, dan zal nog menig broodje al dan niet aangesproken op de rakken worden aangetroffen of het vindt den weg naar de vronwenloods. Om aan dit ongerief van oudbakken worden tegemoet te komen, droeg ik den menagemeester op om eiken morgen de broodjes al vorens ze voor bereiding gereed te maken, te hangen boven den damp van kokende thee, c q. water. Dit gebeurde dan bij partijen in een mand, terwijl de tijdduur van dit proces slechts heel klein is. De kok dient er ervaring mee op te doen, wat heusch geen duivelskunst is. Het is een algemeen in de kazerne toegepast huismiddel. Een huis vrouw legt ook wel eens een broodje in een koekoesan boven de 452

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 484