Een uur later verschijnt de Inlander Walonsentono met twee
flesschjes limonade en één fleschje aer blanda, vermits de Inlander
Ronoredjo alleen kippen en kippeneieren pleegt te verkoopen.
Herhaling der voorgaande regelen tot een totaal bedrag van negen
en zestig centen!
Totale uitgaven aan papier zes cent, terwijl vier menscher. met
elkaar tenminste twee uren uit hun werk zijn gehaald. Dat is de
regel. Toch vraagt een nuchter en niet-administratief onderlegd
mensch zich af: waarom ontvangt, vooral op de posten en detache
menten, de officier van gezondheid niet een vijftig of honderd gulden
gelden t. g. r. voor den aankoop van eieren, kippen en andere arti
kelen, aie niet of tijdelijk niet uit den voorraad van den officier
van kleeding kunnen worden betrokken? Aan het einde van het jaar
of halfjaar, en, als 't niet anders kan, dan maar aan het einde
van het kwartaal, dient hij op een kwartvelletje model-papier een
afrekening in met bijvoeging van de bons en de aankoop is werkelijk
niet minder verantwoord dan thans. Het zou allen een vracht papier
en een beduidende hoeveelheid beter te gebruiken tijd besparen.
En wanneer wordt nu toch eindelijk de verschrikkelijke staat
model 95 eens afgeschaft? Waarom moet een dokter aan het eind
van de maand op dit paperas in triplo drie en negentig of zes en
negentig maal zijn hanateekening stellen (ik heb nog nooit een
dokter ontmoet, die dezen staat degelijk bijhoudt!) en tenminste
vier of vijfhonderd maal het woord „nihil", voluit geschreven,
plaatsen, ongeacht de keeren, dat hij zich verschrijft en vergist en
den ganschen staat mag overmaken Een zuivere controle of verant
woording is deze staat werkelijk niet; de practijk is, dat de kwar
tiermeester aan het eind van de maand zijn bonnetje bij den dokter
brengt, die dan uit z'n dagboek het aantal patiënten overneemt en
de totaal-hoeveelheid over de verschillende dagen verdeelt. Het is
niets anders dan papier en tijd vermorsen.
Ook de volgende rebus is niet onaardig. De detachementscom
mandant zendt een patrouille uit, vraagt aan den dokter een
ziekenverpleger en een zekere hoeveelheid ziekenkost. De patrouille
komt terug en geeft op, wat aan ziekenkost is verbruikt. Maar
op patrouille is het verstrekken van kwart blikjes melk en vruchten
op water, van nul komma nu! zooveel suiker of havermout viij
bezwaarlijk, terwijl men van een sergeant der infanterie even bezwaar
lijk kan verlangen de kennis van het ingewikkelde tarief en bovendien
een indicatie van de ziekte, waarvoor een eventueele verstrekking
boven tarief of een blikje vruchten op water noodig is. Maar de
dokter moet de geschiedenis verantwoorden en. met zijn hand-
teekingen, terwijl deze geheele verstrekking buiten hem omgegaan is.
Wanneer de dokter dit nu eens weigert? Dat zou iets voor de ad
ministratieve specialiteiten zijn
Maar waarom wordt in ons leger toch zoo overmatig veel tijd
om van papier nog niet te spreken verbruikt en verdaan met deze
en soortgelijke futiliteiten Is er dan werkelijk geen ander en drin
gender werk aan den winkel?
-- Asymptoot.
454